zaterdag 20 februari 2021

2.1 Niet geluk maar virtuositeit is het levensdoel van een stoïcijn

 

LES 2

VIRTUOSITEIT

 

2.1 Niet geluk maar virtuositeit is het levensdoel van een stoïcijn

In de eerste paragraven van de vorige les heb ik u, mijn waarde lezer, een beetje om de tuin geleid. U zult nu waarschijnlijk de indruk hebben dat stoïcijnen er van uit gaan dat de zin van ons leven ligt in het creëren van een duurzaam geluksgevoel. Ik heb u daarmee bewust op het verkeerde been gezet. Het gaat hen helemaal niet om het leiden van een gelukkig leven, maar om het leiden van een goed leven. En dat is in stoïcijnse ogen heel iets anders. ‘Eudaimonia’ omvat zoals we zagen meer dan geluk alleen. Geluk, zoals wij dat kennen, is volgens de stoïcijnen niet meer dan een bijkomstigheid van het leiden van een ‘goed leven’. Het is gewoon een ‘onbedoeld’, maar wel prettig, bijverschijnsel van een goed en zinvol leven.

Het stoïcijnse levensdoel is dus het leiden van een ‘goed leven’. Om dit ‘goede leven’ te verkrijgen of eigenlijk te ontdekken moeten we, volgens de stoïcijnen, een studie maken van wat de meest typerende menselijke eigenschap is: het menselijk denkvermogen. Het menselijk denkvermogen, de rede of ratio zoals de stoïcijnen het noemden, is datgene wat mensen bijzonder maakt. Het maakt het wezen van de menselijke soort uit. Maar wat bedoelen ze met rede? De stoïcijnen definiëren die rede of ratio als het menselijk vermogen om zich bewust te zijn van zichzelf en de wereld en het vermogen om daar over na te denken. Een goed en gelukkig leven is alleen mogelijk door een juist gebruik van die ratio te maken. Door redelijk na te denken handel je in overeenstemming met je ware menselijke natuur. Ongelukkig worden we vooral door ons te verzetten tegen onze eigen natuur.

Mensen zijn natuurlijk meer dan alleen hun vermogen tot nadenken. Het zijn juist de gevoelens en emoties die een mensenleven spannend en de moeite waard maken. Stoïcijnen hebben op dit punt een slechte naam, maar ze beseften dondersgoed dat gevoelens belangrijk zijn en bij het leven horen. Emoties spelen ook voor stoïcijnen een belangrijke rol in een goed en prettig leven, maar sommige emoties dragen daar nu eenmaal niet aan bij. Integendeel zelfs heel wat emoties maken juist dat u zich ellendig en onplezierig voelt. Gevoelens als boosheid, angst en verdriet dragen nou niet bepaald bij aan uw geluksgevoel. Ze maken u misschien wel temperamentvol, maar of u daar nu zo blij mee moet zijn? Dit soort vervelende gevoelens, die de stoïcijnen zoals we zagen de passies noemden, willen de stoïcijnen zo veel mogelijk beperken. Volgens hen worden mensen dan ook alleen gelukkig als zij in hun emoties een orde weten te vinden die hen altijd op het pad leidt die hun ratio hun aanraadt. Dit kan worden bereikt door bepaalde karaktertrekken of levensdeugden te ontwikkelen. Deze karaktertrekken leiden niet alleen tot een prettiger leven, maar hebben ook tot gevolg dat u een goed en zinvol leven leidt. Als je over deze waarden en karaktertrekken beschikt kun je een prettig en deugdzaam leven leiden.

Deugdzaam klinkt heel braaf en stichtelijk, maar dit is net als bij ‘eudaimonia’ weer zo’n vertaling van een Grieks woord dat niet echt de lading dekt. Het gaat niet alleen om de vraag hoe u een deugdzaam leven kunt leiden, dus niet alleen om de vraag wat u tot een moreel goed mens maakt. De stoïcijnen waren geïnteresseerd in een veel bredere kwestie en niet alleen in wat wij tegenwoordig deugdzaam, moreel en ethisch gewenst gedrag zouden noemen. Wanneer zij zich afvragen wat het goede voor een mens is willen zij weten wat het doel is van het menselijke leven. Waarin vindt een mensenleven zijn ultieme vervulling?

Volgens de stoïcijnen lag de beantwoording van die vraag naar het ‘goede leven’ dus in het nastreven van een leven in overeenstemming met de deugd. Deugdzaamheid leidt tot geluk en zingeving tegelijk. Dat klinkt u als moderne eenentwintigste-eeuwer misschien wel wat al te stichtelijk en braaf in de oren. Voor de stoïcijnen had deze term echter niets te maken met braaf, netjes en fatsoenlijk. De term stond bij hen voor een optimale mentale toestand. Een toestand van geestelijk welbevinden en intellectuele scherpte. Dit soort deugdzaamheid is het enige wat ons echt geluk kan garanderen. Dingen als geld, succes en roem zijn misschien wel leuk, maar hebben niets te maken met een gelukkig leven. Er is volgens de stoïcijnen absoluut niets mis mee en ze kunnen wel degelijk deel uitmaken van een goed leven, maar ze staan los van uw geluksgevoel. Het obsessioneel nastreven van rijkdom, roem en succes is doorgaans zelfs slecht voor uw mentaal welbevinden en leidt alleen maar tot stress en negatieve gevoelens. Het zijn juist uw levenswaarden die bepalen hoe u uw externe doelen nastreeft en hoe u zich daarbij voelt.

Alles draait voor een stoïcijn dus om de deugd, ‘areté’ in het Grieks of ‘virtus’ zoals de Romeinen dat noemden. Het woord ‘areté’ of ‘virtus’ heeft in de Oudheid echter wel een heel andere betekenis dan de moderne deugdzaamheid. Het heeft helemaal niets te maken met onze associatie met braaf en kuis. Zelfs dingen en gebruiksvoorwerpen konden deugdzaam zijn, ‘virtus’ bezitten. Een goed stuk gereedschap dat geschikt is voor zijn werk, of een mooi en sterk werkpaard konden net zo goed deugdzaam zijn als een mens. Deugd wordt door de stoïcijnen niet alleen als ethisch correct, maar ook, en eigenlijk zelfs meer, in de moderne betekenis van deugdelijk gebruikt. Alles wat goed en efficiënt functioneert, zoals een deugdelijke hamer, heeft ‘virtus’. Dat geldt zowel voor gebruiksvoorwerpen en huisdieren als voor mensen. Een deugdzaam mens is voor een stoïcijn een mens die goed functioneert, die gelukkig is en zich volledig heeft weten te ontplooien. Een voorbeeld om één en ander wat inzichtelijker te maken.

Uw eenzame moeder is ernstig ziek en hulpbehoevend. Als goede dochter (of zoon) trekt u bij haar in om haar te verzorgen. U kiest er voor om zelf geen relatie te hebben en laat uw carrière voor wat het is. Kortom u offert u op voor het welzijn van uw moeder. In de christelijke traditie zou dit als een bijzonder deugdzame stap worden gezien. Het feit dat u door uw keuze minder gelukkig of zelfs ongelukkig wordt, maakt het zelfs nog deugdzamer. Voor een stoïcijn zou dit, om in de terminologie van de christelijke traditie te blijven, een doodzonde zijn. Het is zeker niet verkeerd om u om uw hulpbehoevende moeder te bekommeren. Compassie en zorg voor uw ouders zouden zo maar een belangrijke plaats kunnen bekleden in uw lijstje met deugden, maar het zijn niet uw enige deugden. U mag door uw ‘deugdzame’ daden niet ongelukkig worden en u mag uzelf dan ook niet voor haar opofferen. Stoïcijnse deugdzaamheid richt zich op het leiden van een goed en prettig leven. Het wil dat u uw talenten ontplooit en de dingen doet die u gelukkig maken. U moet er achter zien te komen waar u goed in bent en wat u gelukkig maakt en moet u daar op richten. Dat zijn de dingen die u deugdzaam, in de stoïcijnse betekenis van het woord, maken.

U moet bij het woord ‘deugd’ dus helemaal niet denken aan netjes en braaf (stoïcijnen zijn allesbehalve braaf), maar eerder aan ‘virtuoos’. Virtuoos betekent volgens de Van Dale meesterschap, iets technisch volmaakt beheersen. Kortom de technieken en waarden van een bepaalde kunst of vaardigheid perfect onder de knie hebben. Je kunt een virtuoos violist zijn, een virtuoos danser of een virtuoos schermer. Stoïcijnse virtuositeit is vooral op de praktijk van het leven gericht. Een stoïcijn streeft er naar om een virtuoos leven te leiden. Hij wil een expert in de levenskunst zijn en daardoor een gelukkig leven leiden. Iemand die alles wat hij in zijn leven onderneemt volgens de waarden die hij zich zelf gesteld heeft uitvoert. Een stoïcijn tracht zijn leven zo in te richten dat hij voldoet aan zijn eigen standaarden. Het gaat er voor een stoïcijn om dat een mens zich onder de gegeven omstandigheden zo goed mogelijk ontplooit in de richting die hij voor zich zelf heeft uitgestippeld. Hij moet woekeren met zijn kansen en talenten om een zo volkomen mogelijk mens worden.

Na tweeduizend jaar christendom heeft het woord deugd, of deugdzaam in onze taal zo’n enorme ondertoon van kuis, braaf en netjes gekregen dat ik in de rest van deze lessen het woord ‘virtuoos’ ga gebruiken. Dat woord heeft een associatie met elegant en kunstzinnig en geeft daardoor veel beter weer wat de stoïcijnen onder virtuositeit verstonden. Ze zien die virtuositeit als een verworven staat van volkomenheid die bestand is tegen de onvermijdelijke ups en downs van het leven. Het is een vorm van ‘savoir vivre’, van elegantie, die iedere houding of handeling ondersteunt overal in doorklinkt en die alle vreugde en pijn omvat. Een diepgaand geluk dat door niets valt te verstoren. Het is ook een staat van wijsheid, onaangetast door mentale verstoringen, en van inzicht dat vrij is van onwetendheid ten aanzien van de ware aard van de wereld.

Een goed en virtuoos leven is meestal ook een gelukkig leven. Geluk is dan niet het doel maar vooral het gevolg van een virtuoos leven. Zozeer dat u uw geluksgevoel zelfs kunt gebruiken als maat om te zien of u virtuoze keuzes maakt. Iets waar u ongelukkig van wordt zal doorgaans iets zijn dat in de ogen van een stoïcijn niet virtuoos is. Het is wat wij met onze christelijke achtergrond ‘zonde’ of ‘het kwade’ zouden noemen. Deze woorden hebben voor de stoïcijnen, net als deugdzaamheid, dus ook een heel andere betekenis dan wij er tegenwoordig aan verbinden. Het kwade of het slechte is voor hen gewoon iets wat niet goed functioneert, iets wat ondeugdelijk is, wat tot een ongelukkig leven leidt. Het gaat om omstandigheden en keuzes die er toe leiden dat u om de één of andere reden niet meer goed in staat bent u volledig te ontplooien. De zonde in de christelijke zin bestaat voor een stoïcijn net zomin als de christelijke deugdzaamheid bestaat. Het gaat gewoon om iets wat ondeugdelijk is wat niet doet waar het voor is gemaakt. En dat geldt even goed voor een hamer als voor een mensenleven. Een slecht mens is dan ook niets anders dan een mens die niet goed functioneert, die niet gelukkig is en er niet in slaagt om van zijn capaciteiten als mens gebruik te maken.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten