zondag 31 december 2023

Stoïcijnse goede voornemens voor 2024

 Zoals u ondertussen wel zult weten is het stoïcisme een filosofische stroming en levenswijze die zich richt op het cultiveren van virtuositeit, wijsheid en gelijkmoedigheid. Stoïcijnen zijn niet zo van de goede voornemens bij het begin van een nieuw jaar. Als stoïcijn moet je iedere dag weer opnieuw beginnen. Een willekeurig moment als een jaarwisseling maakt dat niet anders. Maar voor de mensen die van lijstjes en voornemens houden heb ik hier toch een voorstel voor enkele op het stoïcisme gebaseerde goede voornemens voor 2024:


1. Levensdoelen identificeren: Reflecteer op bij u passende waarden en levensdoelen of gebruik desnoods de klassieke kardinale deugden van moed, rechtvaardigheid, wijsheid en matigheid.


2. Virtuositeit nastreven: Probeer u ook te houden aan de bij het vorige voornemen door u gekozen waarden. Streef er naar om al uw handelingen langs de lat van uw waarden te leggen. 


3. Dagelijkse reflectie: Neem elke dag even de tijd om terug te kijken op uw handelingen en gedachten. Identificeer situaties waarin u virtuoos handelde in overeenstemming met uw waarden en situaties waarin u dat niet deed en waar u dus verbeteringen kunt aanbrengen.


4. Tijd en energie beheren: Richt uw inspanningen en energie op wat werkelijk belangrijk voor u is. Wees selectief in het investeren van uw tijd en energie. Richt u op uw waarden en levensdoelen en vermijd verspilling van energie aan onbelangrijke zaken.


5. Zelfdiscipline kweken: Oefen zelfdiscipline in uw dagelijkse routines. Beheersing over uw verlangens en impulsen kan leiden tot een meer evenwichtig en virtuoos leven.


6. Acceptatie van wat buiten uw controle ligt: Oefen uzelf in het loslaten van zorgen over zaken die buiten uw controle liggen. Richt uw energie alleen op wat u kunt beïnvloeden en accepteer het onvermijdelijke.

 

7. Dankbaarheid cultiveren: Wees dankbaar voor wat u hebt en concentreer u op de positieve aspecten van uw leven. Dankbaarheid en tevredenheid kunnen uw perspectief verbreden en uw geluk vergroten.


8. Minder waarde hechten aan externe zaken: Verminder uw afhankelijkheid van externe omstandigheden voor uw gemoedstoestand. Leer gelijkmoedig te zijn te midden van zowel positieve als negatieve gebeurtenissen.


8. Leer van tegenslagen: Beschouw tegenslagen als kansen voor persoonlijke groei. Zie ze als een mogelijkheid om uw waarden te kunnen toepassen en uw zelfdiscipline te oefenen. Leer van uw fouten en gebruik ze als brandstof voor verdere verbetering.


9. Empathie vergroten: Probeer de wereld te begrijpen vanuit het perspectief van anderen. Wees vriendelijk en mild tegen anderen, zelfs als ze u ergeren of benadelen. Cultiveer empathie en mededogen in uw relaties en interacties.


10. Wijsheid uitbreiden: Probeer uw theoretische en praktische inzicht in de wereld te vergroten. Kies onderwerpen die u aanspreken en ontwikkel uzelf daarin. Bij voorkeur natuurlijk in de stoïcijnse filosofie.


Ik weet het waarde lezer: Makkelijker gezegd dan gedaan. Goede voornemens houden het meestal niet langer dan een week of twee vol voor ze weer vergeten zijn. U zou er een paar kunnen kiezen die u het meest aanspreken en u daar tot beperken. Maar bedenk dat zelfs een bescheiden poging om een paar van deze stoïcijnse principes in de praktijk te brengen al kan bijdragen aan een meer evenwichtige en vervullende levenswijze in het komende jaar. Ik hoop dat u dat kunt opbrengen en wens al mijn lezers een voorspoedig en vooral virtuoos 2024 toe.


zaterdag 30 december 2023

Stoïcisme en het mysterie van ons bewustzijn

 Bewustzijn is uw vermogen om dingen te kunnen ervaren. Het is niet die ervaring zelf maar de dispositie van uw brein die ervaringen mogelijk maakt. Ervaringen zijn onder andere het gevolg van berichten die uw zintuigen naar uw hersenen sturen. Uw hersenen verwerken die berichten tot een innerlijk beeld. Dat beeld is dan wat u op dat moment ervaart. Maar u kunt ook ervaringen hebben door het beeld dat uw brein maakt van dingen die u zich herinnert of van dingen die u zich inbeeldt. Filosofen noemen dit soort ervaringen 'qualia'. Qualia zijn de subjectieve, innerlijke ervaringen van bewustzijn. Het zijn de individuele, directe en onmiddellijke gewaarwordingen die u heeft wanneer u iets ervaart. Dit kan van alles zijn, zoals de smaak van chocolade, de kleur rood, de pijn van een kopstoot, of de zoetheid van een geur. Kortom, qualia verwijzen naar de kwalitatieve aspecten van onze ervaringen.

Een belangrijk kenmerk van qualia is dat ze moeilijk te delen of te beschrijven zijn. Als u bijvoorbeeld probeert uit te leggen hoe de smaak van een banaan is aan iemand die nog nooit een banaan heeft geproefd, zult u merken dat het moeilijk is om de volledige ervaring over te brengen. Qualia zijn uniek voor elk individu en spelen een centrale rol in het debat over de aard van het bewustzijn en de vraag waarom en hoe bepaalde ervaringen bewustzijn produceren. Let wel: het zijn niet die qualia zelf die uw bewustzijn vormen, het is de mogelijkheid om qualia te hebben waar het om gaat.


Een wetenschapper zou in theorie de volledige sequentie van input en output van uw brein in kaart kunnen brengen om zo een compleet beeld te vormen van wat er in uw brein gebeurt als u iets ervaart. Toch blijft er een kloof bestaan tussen wat die wetenschapper observeert en wat u ervaart. De kwaliteit of het gevoel van het ervaren van dingen kan door onze wetenschapper niet geobserveerd worden. Dit is wat ‘het mysterie van ons bewustzijn’ wordt genoemd. Onze wetenschapper kan dit probleem negeren door zijn studies te beperken tot de zaken die hij wel kan observeren. Een filosoof heeft die luxe niet. Van filosofen wordt nu eenmaal verwacht dat ze een totaalbeeld van het universum proberen te creëren. Een beeld dat dus niet alleen de bevindingen van neurowetenschappers en psychologen moet omvatten, maar ook de ervaring van wat het is om bewust te zijn. Wat het is om qualia te hebben.


Arme filosofen, ze hebben het echt moeilijk met het mysterie van ons bewustzijn. Descartes dacht een oplossing te hebben gevonden. Hij beweerde dat er twee substanties bestaan: materie en geest of bewustzijn. Aan de ene kant heb je de door de natuurwetten beheerste materie en aan de andere kant de door de religie beheerste ziel. Het Cartesiaans dualisme neemt bewustzijn dus heel serieus, maar zorgt er wel voor dat de interactie tussen lichaam en geest een mysterie wordt. Hoe kunnen de substanties materie en geest die geen enkele gemeenschappelijke eigenschap hebben, causale relaties met elkaar aangaan? Er zijn verschillende theorieën bedacht om dit op te lossen. Het parallellisme stelt dat mentale en non-mentale gebeurtenissen elkaar niet beïnvloeden maar synchroon naast elkaar plaatsvinden. Het occasionalisme stelt dat God ervoor zorgt dat materiële en immateriële gebeurtenissen op elkaar afgestemd blijven. De epiphenomalisten verdedigen dat mentale gebeurtenissen of bewustzijnstoestanden geen causale impact hebben maar niet meer dan een bijproduct zijn van materiële gebeurtenissen. Epiphenomalisten verwerpen daarmee de mentale kant van de werkelijkheid. Idealisten, daarentegen, verwerpen juist de materiële werkelijkheid. In hun ogen bestaat er niets anders dan mentale entiteiten. Alles wat er gebeurt, gebeurt in de geest. De materiële wereld bestaat niet. Alleen de ervaringen in uw geest zijn werkelijk.


Aanhangers van het dualisme kunnen religieuze of mystieke verklaringen voor causale relaties tussen materie en bewustzijn eigenlijk niet ontlopen. Die mystieke religieuze verklaringen vallen alleen te vermijden door ervan uit te gaan dat materiële substanties mentale eigenschappen kunnen bezitten. De theorie van het ‘non-reductive physicalism' zoekt hier een oplossing voor door mentale eigenschappen als een inherente eigenschap van het brein aan te merken. Als u bijvoorbeeld pijn ervaart dan komt dat doordat uw neuronen in een bepaalde toestand verkeren. Het ervaren van pijn verschilt kwalitatief van de toestand van uw zenuwstelsel, maar veroorzaakt wel degelijk uw gevoel. Dit leidt tot een materialistisch monisme gecombineerd met een dualisme in de eigenschappen van die materie. Daarmee komt echter het lichaam-geest probleem via de achterdeur weer binnen geslopen. Als mentale ervaringen een eigenschap zijn die weliswaar afhankelijk is van de materie maar daar in wezen nog steeds los staat van staat dan is het probleem van causaliteit nog steeds niet opgelost. We zijn weer terug bij af en lijken gedoemd tot een mystiek religieus standpunt. Maar een god als oplossing voor het mysterie van bewustzijn is geen echte oplossing. Het is meer een mystieke noodgreep.


De meeste wetenschappers en filosofen zien bewustzijn tegenwoordig als een emergent fenomeen. Bewustzijn ontstaat in complexe systemen met een bepaalde samenstelling. Levende wezens met een brein vallen in elk geval binnen de categorie van voldoende complexe en dus bewuste systemen. Dit is allesbehalve een bevredigende theorie. Het verschilt nauwelijks van mystiek en religieuze magie. Bewustzijn verschijnt zomaar uit het niets op het moment dat een systeem voldoende complex is. Maar als bewustzijn niet magisch emergent is, waar komt het dan vandaan? Hoe kan de complexe entiteit die uw brein is, tot de door u beleefde qualia leiden? 


Mogelijk dat het op het stoïcisme geïnspireerde panpsychisme of pantheïsme wel een oplossing voor dit dilemma kan bieden. De stoïcijnen waren panpsychisten, wat betekent dat ze geloofden dat alle materie een vorm van bewustzijn heeft. Dat geldt al voor de kleinste materiële eenheden. Dit bewustzijn is echter niet hetzelfde als menselijk bewustzijn. Het is veel eenvoudiger. Het bewustzijn van, bijvoorbeeld, een atoom bestaat uit het aan de hand van natuurwetten ‘voelen’ van en reageren op andere stukjes materie. Hoe complexer de materie georganiseerd is, hoe sterker die materie bewust is. In het menselijk brein is de materie zo complex gerangschikt dat er een ‘hegamonikon’ ontstaat. Het 'hegamonikon' is het stoïcijnse begrip voor het bewustzijn. Het is de hoogste vorm van bewustzijn in het menselijk lichaam, en het is verantwoordelijk voor het coördineren van de andere delen van het lichaam. Het ‘hegamonikon’ is dus verantwoordelijk voor onze percepties, emoties, gedachten en handelen.


Het stoïcijnse panpsychisme gaat er dus van uit dat elementen van bewustzijn al deel uitmaken van de materie. Bewustzijn verschijnt niet zomaar uit het niets, wanneer de materie op een bepaalde manier wordt gerangschikt, het was er altijd al ingebed in de materie zelf. Hoe complexer georganiseerd, hoe sterker het bewustzijn wordt. In de menselijke geest komt dat dan tot uiting in het ‘hegamonikon’. Uitgaand van bewustzijn kun je zowel vanuit de emergentietheorie als vanuit het panpsychisme terug redeneren tot het universum zoals dat door de fysica beschreven wordt. Beide theorieën over het bewustzijn lijken uiteindelijk niet te bewijzen, maar alternatieven zijn er niet echt. Of bewustzijn ontstaat magisch uit iets dat zelf niet bewust is, of bewustzijn was er altijd al. Hoe onaantrekkelijk en in strijd met uw intuïtie de theorie van het panpsychisme ook moge lijken, de alternatieven zijn nog veel minder acceptabel. Hoe valt bewustzijn anders te verklaren zonder uw toevlucht te nemen tot magie en religie?



vrijdag 22 december 2023

Een stoïcijnse poging de kerstsfeer te verpesten

 Het was vroeger een stuk makkelijker om stoïcijn te zijn dan tegenwoordig. Neem het eten en drinken dat u straks tijdens het kerstdiner in overvloed tot u gaat nemen. Of de feestkleding die u draagt en de gadgets die u onder de kerstboom krijgt of die u zelf aan iemand cadeau doet. De meeste mensen beseffen tegenwoordig wel dat de aarde en haar bronnen eindig zijn en dat onze consumptiepatronen allerlei problemen met zich meebrengen. Denk aan klimaat, verdroging, vervuiling, uitbuiting en de behandeling van dieren. Zoiets simpels als wat u eet en wat u aan uw lichaam draagt heeft tegenwoordig allerlei ethische consequenties. Stel dat u ergens voor het kerstdiner bent uitgenodigd en een varkenshaasje krijgt voorgeschoteld. U weet dat vlees niet al te best voor het milieu is en dat het onderhavige varken beestachtig behandeld is, maar zegt u daar dan iets van? Of respecteert u de waarde van de gastvrijheid en houdt u angstvallig uw mond? En hoe zit het met die prachtige feestkleding die u voor de gelegenheid hebt aangetrokken? U weet dat het katoen waarvan één en ander is gemaakt allesbehalve milieuvriendelijk geteeld en behandeld is. Bovendien kunt u er zonder meer vanuit gaan dat het kleermakertje dat uw prachtige kostuum voor u in elkaar heeft gezet op een schandelijke manier uitgebuit wordt. Die schitterende feestjurk en die lollige kersttrui zijn door kinderen die twaalf uur per dag voor een hongerloontje werken in elkaar gezet. Slavernij is niet iets uit het verleden. Ook onze tijd kent dit onrecht omdat wij zo nodig in luxe willen leven en een mooie Kerst willen vieren. Voor u het weet verknalt u met dit soort gedachten de feestelijke en gezellige sfeer. U hoeft maar even na te denken en u loopt vast in allerlei ethische dilemma’s. Toch is dat wel wat het stoïcisme van u verlangt.

Het stoïcisme kan een behoorlijk compromisloze filosofie zijn. Of u nu in een centimeter water verdrinkt of meters onder water op de bodem van een meer eindigt, verdrinken doet u toch. Een beetje integer bestaat niet. U bent integer of u bent een huichelaar. Voor een moderne stoïcijn is het er dan ook niet eenvoudiger op geworden, tegenwoordig hebben veel meer dingen een ethische component dan vroeger. Nog niet zo lang geleden had niemand van klimaatverandering, stikstof of dierenmishandeling gehoord. Maar tegenwoordig zijn we van veel meer zaken op de hoogte die ons vroeger volkomen ontgingen en dat maakt het leven een stuk gecompliceerder. Daar komt nog eens bij dat uw hoofd toch al omloopt van stress en drukte. De officiële 40-urige werkweek is een lachertje en dat uw agenda ook verder vol staat met dingen als uw kinderen, sport, mantelzorg en sociale activiteiten helpt ook niet echt. U moet met van alles rekening houden maar u hebt het al zo druk met uw ‘normale’ leven. En uw Kerstvakantie is niet bepaald een moment om tot rust te komen. De voorbereiding van het fameuze diner, het uitnodigen van de gasten, het kopen van cadeautjes, het kiezen en kopen van uw kleding en ga zo maar door. Moet u naast al die drukke bezigheden ook nog rekening houden met ethische vragen?


Het eenvoudige antwoord is JA. U kunt er gewoonweg niet omheen, als moderne stoïcijn moet u realistisch en rationeel zijn. Dat betekent dat u al die nieuwe kennis niet zomaar voor het gemak even kunt vergeten omdat u moe bent en al zo veel aan uw hoofd hebt. Misschien herinnert u zich de concentrische cirkels van de stoïcijn Hierocles nog. Voor wie het vergeten is even een korte recapitulatie. Stel u een cirkel voor met daaromheen steeds grotere cirkels. U staat zelf in het middelpunt, dan krijgt u de kring van uw gezin, uw familie, uw vrienden, uw buurtgenoten, uw landgenoten enzovoort. Van nature voelt u met de mensen die dichter bij het middelpunt staan een sterkere band dan met de mensen die verder weg staan. Maar als stoïcijn bent u eigenlijk met iedereen verbonden en u moet er dan ook naar streven iedereen binnen de kring van uw eigen wereld te trekken. Dit zich ‘eigen’ maken van uiteindelijk alle bewuste wezens noemen de stoïcijnen ‘oikeiosis’. Als stoïcijn is het een soort hogere plicht om u te bekommeren om uzelf, uw familie, de hele mensheid en zelfs alle bewuste wezens. Het zou dus zomaar kunnen dat u als moderne stoïcijn vegetariër of veganist zou moeten worden om de aarde leefbaar te houden voor toekomstige generaties. Ook zoiets als zelfverrijking die ten koste gaat van anderen gaat sterk in tegen het stoïcijnse idee dat u niet alleen met uzelf te maken hebt maar ook rekening moet houden met de mensen om u heen. Dat zou wel degelijk consequenties moeten hebben voor hoe u leeft, voor wat u met uw carrière doet en zeker voor hoe u uw geld besteedt.


Wat dat betreft kan het stoïcisme compromisloos zijn en dat maakt het behoorlijk lastig om nu stoïcijn te zijn. Maar er is hoop. Ook van een stoïcijn mag niet meer gevraagd worden dan wat gelet op de omstandigheden redelijkerwijs van hem of haar verwacht kan worden. Tot het onmogelijke is niemand gehouden. Als gevolg van de globalisering en de explosie van kennis zijn er bij alles wat we doen enorm veel ethische dimensies bij gekomen. Het is niet anders, iedereen wordt tegenwoordig dusdanig aan alle kanten uit elkaar getrokken dat hij voortdurend ethische compromissen moet sluiten. Om te voorkomen dat u volkomen gek wordt, kunt u er niet om heen pragmatisch te zijn en ethische compromissen te sluiten. U moet gewoon uw beste beentje voor zetten en het zo goed mogelijk proberen te doen. Meer hoeft u niet te doen en ook de stoïcijnen zullen u nooit vragen het onmogelijke te doen. U zult absoluut iets moeten met al die kennis die u hebt, maar u hoeft het uzelf ook niet al  te moeilijk te maken. Zelfs voor stoïcijnen zijn er grenzen aan wat er redelijkerwijs van ze verwacht mag worden.


Het stoïcijnse onderscheid tussen de echt belangrijke zaken als wijsheid, rechtvaardigheid en zelfbeheersing en de indifferente zaken als bezit, reputatie en gezondheid, zou u hierbij kunnen helpen. De indifferente zaken vallen dan weer op te delen in volstrekt onbelangrijke dingen en de verkieslijke dingen. Verkieslijke zaken zijn dingen waar je een voorkeur voor kunt hebben maar die moreel niet van belang zijn. Het is prettiger om vrienden te hebben, gezond te zijn en voldoende geld te hebben, maar echt belangrijk is het niet. Het zijn dingen die in moreel opzicht neutraal  zijn en je kunt er prima zonder, maar het is wel mooi meegenomen als je ze hebt.


U wordt overspoeld met informatie en we werken ons tegenwoordig allemaal te pletter om volgens steeds hogere standaarden te kunnen consumeren. In zo’n wereld is het stoïcijnse besef dat het uiteindelijk om het leiden van een goed, virtuoos zoals zij dat noemen, leven gaat zo  gek nog niet. Bezit, luxe en consumptie kunnen leuk zijn maar het is niet waar het om draait. Dat besef kan helpen om te ontsnappen aan de hedendaagse ratrace en het helpt ook uw huidige en toekomstige medemens om ook een redelijk prettig leven te kunnen leiden. In uw eentje kunt u de wereld niet veranderen. Het is dan ook maar de vraag of uw gedrag op collectief niveau tot de noodzakelijke veranderingen zal leiden. Stoïcisme is geen actieve politieke beweging, maar ik denk wel dat het besef dat het in het leven niet om luxe en consumptie draait voor u persoonlijk van waarde kan zijn. Denk daar aan voordat u aan uw kerstinkopen begint en voor het verorberen van uw copieuze diners en kerstbrunches. En wie weet als er voldoende mensen zijn die zo gaan denken, dan zou er zelfs een sprankje hoop voor de toekomst kunnen bestaan.


zaterdag 16 december 2023

23.5 Stoïcijnse mystiek

 De oude stoïcijnen dachten dus dat waarzeggerij mogelijk was. Maar dan wel een waarzeggerij die verdacht veel lijkt op de voorspellingen die moderne wetenschappers tegenwoordig op basis van de natuurwetten maken.  Dat de wetenschappelijke kennis in de oudheid nogal tekort schoot leidde tot het leggen van in onze ogen behoorlijk bizarre verbanden, maar in wezen was de achterliggende gedachte van een keten van oorzaak en gevolg niet anders dan wat tegenwoordig gangbaar is. De conclusies die destijds getrokken werden, zouden we nu als pure mystiek beschouwen. Voor zover bekend kent de Stoa echter geen echte mystieke traditie. Het stoïcisme is een aardse en materialistische filosofie die zich nauwelijks met mystiek bezighoudt. Toch biedt de Stoa weldegelijk openingen voor mystieke ervaringen. Ik wil u in dit deel over spiritualiteit een uitstapje in het occulte dan ook niet helemaal onthouden. Mystiek wordt vaak omschreven als het ervaren van een totale eenheid met de Kosmos, een samensmelten met iets groters, met iets transcendents dat boven de dagelijkse ervaringen en onszelf uitstijgt en dat de suggestie wekt van het bestaan van een grotere realiteit. Het is een ervaring die bijvoorbeeld kan worden opgewekt door een natuurverschijnsel als een zonsondergang, een gebergte, de sterrenhemel of een meditatie. Bij het ondergaan van dergelijke verschijnselen zou ons begrip van onze plaats in het grote geheel veranderen. Het zou uw leven veranderen en een blik gunnen achter de schermen van het dagelijks bestaan. Een mystieke ervaring kan ook een persoonlijke interactie met een transcendente eenheid als een god, engel of geest zijn. Hierbij zou u boven uzelf uitgetild worden in een bestaan dat anders is dan uw dagelijkse leven en dat daar een vervulling van kan geven. Zo'n ervaring is vaak verwarrend en de mysticus blijft zitten met het gevoel dat hij een waarheid kent die moeilijk of zelfs helemaal niet aan anderen kan worden doorgegeven. Alleen iemand die het zelf heeft ondergaan zou echt kunnen begrijpen waar de mysticus het over heeft.

De stoïcijnse filosofie leert u dat we met elkaar en met de Kosmos zijn verbonden. Alles bestaat in een continuüm, van de 'quantum entanglement' van alle materie en energie tot de ‘logos' die alle rationele wezens met elkaar gemeen hebben. De stoïcijnse kosmologie vertelt dat ieder individueel bestaan, waaronder zelfs de goden, en alle materie opnieuw verenigd zullen worden in de wereldbrand waarmee de geschiedenis eindigt. Alles wordt dan weer één met Zeus, net als in het begin der tijden. Uit dit vuur ontstaat een nieuw universum met nieuwe goden, mensen en materie in een eeuwige cyclus van schepping en vernietiging. Een cyclus die exact zo zal verlopen als de vorige. Een eeuwige wederkeer van telkens weer hetzelfde. 

De stoïcijnse schepping en het stoïcijnse einde der tijden heeft zo wel iets weg van de singulariteit die aan de wieg stond van wat de ‘big bang’ wordt genoemd. Alle materie en energie van het universum samengesmolten in een punt kleiner dan een atoom. Met de oerknal ontstaat uit deze singulariteit ons uitdijend heelal. Volgens de kwantummechanica raken elementaire deeltjes bij hun ontstaan met elkaar verstrengeld (de zogenaamde 'quantum entanglement'). Ongeacht de onderlinge afstand kan een verandering van één deeltje een direct effect hebben op de toestand van een ander deeltje. Al bevindt dat zich op miljarden lichtjaren afstand aan de andere kant van het universum. De deeltjes zijn zo dus in een onmiddellijke relatie met elkaar verbonden. Als het volledige universum bij zijn ontstaan werkelijk in een singulariteit verenigd is geweest betekent dit dat alles letterlijk met elkaar verbonden is. Op het gevaar af van het onhistorisch zoeken naar verbanden te worden beschuldigd kan ik toch niet aan de indruk ontkomen dat dit verdacht veel lijkt op wat de stoïcijnen de universele ‘sympathie’ noemen. Me dunkt dat deze combinatie van moderne natuurkunde en stoïcijnse mythologie voldoende grondslag biedt voor een kleine mystieke contemplatie.


zaterdag 9 december 2023

23.4 Konden de stoïcijnen uit de ingewanden van een vis de toekomst voorspellen?

 In de oudheid dachten veel mensen dat je uit de ingewanden van een vis de toekomst kon voorspellen. Ook de stoïcijnen geloofden in dit soort waarzeggerij. Bij moderne stoïcijnen hoor je daar tegenwoordig niet veel meer over. Het wordt gezien als bijgeloof en daarom één van de dingen in de stoïcijnse filosofie die niet al te serieus moeten worden genomen. Het past in het rijtje van de zich steeds herhalende wereldbrand, vrije seks, absoluut determinisme. de verlichte wijze en het ideaal van een soort kosmopolitische wereldstaat. Allemaal onderdelen van de stoïcijnse filosofie die zelfs in de oudheid al controversieel waren en die tegenwoordig als irrelevant bijgeloof onder het tapijt worden geschoven. Toch zit er meer in die stoïcijnse waarzeggerij dan u misschien denkt.

Van Cicero weten we dat de stoïcijnse leraar Posidonius maar liefst vijf boeken over waarzeggerij geschreven heeft en ook Chrysippus schijnt er het één en ander over op papier gezet te hebben. In zijn dialoog over de waarzeggerij ‘De Divinatione' laat Cicero bij monde van zijn broer Quintus de mening van Posidonius over waarzeggerij horen. Net als alle andere stoïcijnen gaat Posidonius ervan uit dat de wereld materieel is. Het universum bestaat uit materie die helemaal doordrenkt is met pneuma energie of logos, zoals de stoïcijnen dat noemden. Eigenlijk zijn die materie en logos twee kanten van dezelfde werkelijkheid. De materie is de passieve kant van de werkelijkheid en de logos de actieve kant. Logos is een soort vloeibaar geworden materie. Het stoïcijnse begrip logos heeft wel wat weg van wat wij tegenwoordig energie noemen. Zoals materie volgens het E=mc2 van Einstein gestolde energie is, is de stoïcijnse materie gestolde logos. Het is de logos die ervoor zorgt dat het universum zich ontwikkelt, het zorgt ervoor dat er dingen gebeuren.

De logos komt volgens Posidonius in vier gradaties: de ‘hexis’ een soort aantrekkingskracht die levenloze dingen als water en stenen bij elkaar houdt, de ‘physis’ de levenskracht die er voor zorgt dat planten groeien en reageren op de zon en water, de 'psyche' die zorgt voor een beperkt ‘dierlijk’ bewustzijn en tenslotte de ‘logike’. In deze laatste vorm is de logos het sterkst geconcentreerd. Deze gradatie biedt mensen en andere rationele wezens de mogelijkheid om te denken, te redeneren en zich van zichzelf bewust te zijn.

Samen met zijn evenknie de materie vormt de logos het hele universum. Eigenlijk is de passieve materie in de stoïcijnse visie dus niets anders dan gestolde logos, gestolde energie, gestold bewustzijn. Logos is dan materie, energie, tijd, ruimte en de causale wetten tezamen. Kortom de volledige natuur en daarmee alles wat er bestaat. Hierdoor is volgens de stoïcijnen alles met alles verbonden. Dit universele netwerk van verbondenheid wordt door de stoïcijnen ‘sympathie’ genoemd. Deze ‘sympathie’ vormt de samenhang van het universum en houdt onze wereld bij elkaar. Hier komt ook het determinisme weer om de hoek kijken. Alles wat er gebeurt heeft een oorzaak. Het gebeurt volgens de regels van een stelsel van natuurwetten. Er bestaat dus een netwerk van oorzaken en gevolgen die het hele universum onlosmakelijk met elkaar verbindt. Zoals we al eerder zagen meenden de stoïcijnen dat dit netwerk zo complex in elkaar steekt dat het niet anders kan dan dat het wel een eigen bewustzijn moet hebben. Voor een stoïcijn is het universum dus een levend en zelfbewust iets. Een iets dat zijn eigen koers vaart en zich daarbij niets aantrekt van zijn onderdelen. En natuurlijk al helemaal niet van wat die kleine bewustzijntjes van, bijvoorbeeld, mensen daarover denken. Het zijn onderdelen van dat bewustzijn die zonder pardon worden ingezet voor de doeleinden van het alomvattende geheel. Toch is zo’n klein bewustzijntje niet helemaal hulpeloos. Het bezit een soort vrije wil die een minuscule invloed op het wereldgebeuren kan uitoefenen. Alleen al door tot op zekere hoogte te begrijpen wat er gebeurt en door te accepteren wat onvermijdelijk is.

Posidonius denkt nu dat we in staat zijn om informatie van het doen en laten van dat wereldbewustzijn te ontvangen. Met onze zintuigen kunnen we ‘zien’ wat er gebeurt. We weten dat die zintuigen ons nog wel eens willen bedriegen, maar met ons redeneervermogen zijn we heel goed in staat bedrieglijke informatie uit te filteren om zo ware informatie over het universum bijeen te brengen. Door waar te nemen en na te denken kunnen we een aardig kloppend beeld van de werkelijkheid verkrijgen. We zijn hierdoor verbonden met het netwerk van oorzaak en gevolg dat, zoals we zagen, het hele universum omvat. Niets komt zomaar uit de lucht vallen, alles heeft een oorzaak. Toeval bestaat niet. Toeval is niets anders dan een oorzaak die u niet kent of niet begrijpt.

Voor de stoïcijnen betekende dit dat we in een deterministische wereld leven. De toekomst ligt vast. Dat betekent dat elke uitspraak over de toekomst noodzakelijkerwijs waar of onwaar moet zijn. Het maakt daarbij niet uit of wij die toekomst kennen of niet. Alleen het bewuste universum zelf kent alle oorzaken, maar ook mensen zijn bewuste wezens die voorspellingen kunnen doen over wat er gaat gebeuren. Doordat alles met alles verbonden is, is het helemaal niet zo’n rare gedachte dat je uit gebeurtenissen in de natuur voorspellingen kunt doen over wat er in de toekomst gaat gebeuren. We hoeven het onderliggende mechanisme van oorzaak en gevolg niet helemaal te doorgronden om toch uit bepaalde gebeurtenissen voorspellingen te doen. Zo kun je zonder iets van meteorologie te weten toch voorspellen dat er als de lucht donker wordt en het begint te waaien een regenbui aankomt.

Volgens Posidonius werken ook toekomstvoorspellingen volgens dit principe. We kennen het mechanisme van alle oorzaken en gevolgen misschien niet, maar we kunnen wel bepaalde patronen ontdekken. Aan de hand van die patronen kan een waarzegger voorspellingen doen. Doordat alles met alles verbonden is, moet het immers mogelijk zijn om iets over de toekomst te zeggen. Eenvoudige voorspellingen zoals het voorbeeld over het weer kan iedereen maken, maar ook complexere voorspellingen zijn in theorie mogelijk. Posidonius dacht dat er mensen bestonden die op de één of andere manier een sterkere connectie met de wereldgeest hadden dan de gemiddelde mens. Ze beschikten misschien over een extra zintuig, of over een beter ontwikkelde of afwijkende verstand, die hen een bijzondere connectie met het universum gaven. Die connectie maakte het voor hen mogelijk om de toekomst beter te voorspellen dan een leek. De Romeinse Auguren, officiële staatswaarzeggers, dachten zo aan de vlucht van vogels te kunnen zien wat de toekomst bracht en weer andere, minder officiële, waarzeggers gebruikten de ingewanden van een vis om het lot te voorspellen.

Het is natuurlijk onzin om uit de vliegrichting van vogels of de darmen van een vis een voorspelling over de toekomst te doen. Toch was het hele concept van Posidonius opmerkelijk modern en wetenschappelijk. Ook de hedendaagse wetenschap gaat ervan uit dat elke gebeurtenis een oorzaak heeft. Niets gebeurt puur toevallig, alles wordt door iets veroorzaakt. Voor de stoïcijnen bestond toeval niet. Toeval was gewoon een gebeurtenis waarvan de oorzaak onbekend was. Aan de hand van steeds terugkerende patronen kunnen ook als de oorzaak onbekend is statistische voorspellingen worden gedaan. Dat Posidonius dacht dat uit de vlucht van vogels of uit de ingewanden van een vis bepaalde patronen konden worden afgeleid die iets over de toekomst zeggen, komt nu nogal vreemd over. Uit de ingewanden van een vis kun je hooguit voorspellen dat je ziek wordt als je ervan eet, omdat de vis bedorven is. Toch is het hele concept dat toeval niet bestaat en dat alles een oorzaak heeft, helemaal zo gek nog niet.


zaterdag 2 december 2023

23.3 God, logos en natuur, één pot nat?

 De werkelijkheid valt dus nooit echt met volledige zekerheid te kennen. We begrijpen de wereld door de zeef van onze beperkte zintuigen en de zeef van ons beperkt verstand. Ondanks het feit dat ze zich hiervan bewust waren dachten de stoïcijnen toch dat ze een redelijk kloppend beeld van de werkelijkheid hadden. Ze bedotten zichzelf daarbij en gingen er vanuit dat het universum een bewust wezen was. Het was geen god in de traditionele betekenis, maar weldegelijk een hoger alomvattend bewustzijn. Ze noemden dat bewustzijn, zoals we zagen, de natuur, de wereldrede, de logos of ook wel de pneuma. ‘Logos’ is in de stoïcijnse filosofie dan ook een synoniem voor universum of natuur. Maar dus niet alleen voor de materiële natuur, ook voor het alomvattende bewustzijn dat je ‘god’ zou kunnen noemen. Volgens de stoïcijnen zit de natuur namelijk fundamenteel logisch en redelijk in elkaar. Die fundamentele redelijkheid van de werkelijkheid maakt volgens de stoïcijnen dat de mens met zijn eigen redelijke vermogens een kloppend beeld van die werkelijkheid kan vormen. De stoïcijnse god bedot de rationele mensen en daarmee zichzelf niet.

Bij het woord god hebben veel mensen een bepaalde associatie, die op de stoïcijnse god absoluut niet van toepassing is. De stoïcijnse god lijkt niet op een mens, zoals bij de traditionele Griekse goden. En ook lijkt de stoïcijnse god niet op de christelijke god. De christelijke god staat los van de wereld en oordeelt daarover. De stoïcijnse god bekommert zich niet om de dagelijkse beslommeringen van individuele mensen: hij is die beslommeringen. De stoïcijnse god heeft de wereld niet geschapen en velt daarover geen oordeel: hij is die wereld. De stoïcijnse god verschilt ook van de god van Plato. Plato meent dat god ‘het goede en ware’ belichaamt. Daarbij is het ‘goede en het ware’ in de filosofie van Plato een vorm die buiten de fysieke wereld staat. De fysieke wereld vormt er slechts een projectie van. Ook is de stoïcijnse god niet gelijk aan de god van Aristoteles, die de uiteindelijke oorzaak is van alles wat is, datgene waar alles naartoe streeft, de zogenaamde ‘onbewogen beweger’. De klokkenmaker die de klok in beweging heeft gezet en er verder niet meer naar omkijkt.

Religieuze stoïcijnen geloven in iets heel anders dan de traditionele monotheïstische man met een baard in de hemel. God is voor een stoïcijn niet meer en niet minder dan dat wat bestaat. De werkelijkheid, het universum, de kosmos, de natuur en de regelmatigheid waarmee alles lijkt te verlopen, kortom: gewoon alles wat er is. Voor de stoïcijnen is dus ook het slechte en het bedrog deel van de godheid: alles valt ermee samen. De stoïcijnse god staat daarbij niet naast het universum als een soort richtingaanwijzer. De god van de stoïcijnen is niets meer en niets minder dan het hele universum. Iedereen en alles wat er is en alles wat er gebeurt maakt volgens de stoa deel uit van één samenhangend goddelijk wezen. In de filosofie wordt dit ook wel pantheïsme genoemd.

De stoïcijnse godheid is dan ook door en door materieel. Hij is geen transcendente ziel of geest, maar iets werkelijks. Namelijk het allesomvattende. Ook Epictetus zag god dus niet als iets dat buiten het universum stond. Sterker nog, hij leerde zelfs dat de mens zelf een deel van god was. Tegen een leerling zei hij het zo:

“Jij bent een stukje van god, je bent een deel van hem. Stumper, je draagt god met je mee en hebt dat niet door! Denk je soms dat ik het heb over een god buiten je over een beeld van zilver en goud?” (Epictetus; Colleges Boek 2, hoofdstuk 8)

De stoïcijnen maken, zoals we zagen, onderscheid tussen de inerte, passieve materie en de actieve energieke pneuma. Die pneuma werd soms een beetje verwarrend de logos of de voorzienigheid genoemd. Daarmee bedoelen ze de regels en wetmatigheden die ten grondslag lijken te liggen aan alles wat er gebeurt. De stoïcijnse godheid wordt zo een soort twee eenheid en kan gezien worden als bestaande uit een mengsel van materie en pneuma. Het is de pneuma die er voor zorgt dat de materie in beweging komt, dat er dingen gebeuren. Pneuma heeft dan ook wel wat weg van wat wij tegenwoordig energie noemen. Materie en pneuma zijn voor de stoïcijnen echter geen los van elkaar bestaande dingen, maar twee verschillende manieren om tegen één en dezelfde werkelijkheid aan te kijken. Het zijn twee kanten van dezelfde munt. De Yin en Yang van het stoïcisme.

De gelijkstelling van god met al het bestaande kreeg in onze tijd met Einstein een beroemde aanhanger. Daarom wordt de stoïcijnse god ook weleens Einsteins god genoemd. Het stoïcijnse godsbegrip is niet ver verwijderd van de moderne wetenschappelijke visie. Het is een god die niet aan wonderen doet waarbij natuurwetten opzij worden gezet. Integendeel, die natuurwetten vormen juist het wezen van deze pantheïstische godheid. Het hele universum is in ruimte en tijd verbonden door een netwerk van oorzaak en gevolg. De wereld luistert naar natuurwetten, en die natuurwetten zijn volgens de stoïcijnen fundamenteel redelijk en begrijpelijk. Het goddelijke universum zit rationeel in elkaar en is daardoor in principe te begrijpen. God is dus niet alleen alomvattend, het is ook redelijk. Om dit te benadrukken wordt deze god dan ook wel aangeduid met de term ‘logos’. De drie termen ‘natuur’, ‘logos’ en ‘god’ worden door de stoïcijnen door elkaar heen gebruikt, om verschillende aspecten van hetzelfde aan te duiden. Als een stoïcijn het heeft over fysica, dan ligt het woord natuur voor de hand. Heeft hij het over de logica, dan is het logisch om het woord logos te gebruiken. Gaat het over ethiek, dan is het woord god gepast. Zeno verdeelde de filosofie daarom in deze drie gebieden: fysica, logica en ethiek, en zijn volgelingen namen die indeling over. Maar voor de beantwoording van de vragen binnen die drie disciplines verwijzen ze dus naar steeds hetzelfde uitgangspunt: god, de logos en de natuur zijn voor de stoïcijn hetzelfde.