zaterdag 13 mei 2023

18.6 Zelfbeheersing en vrijwillige eenvoud

 Eén van de grootste uitdagingen voor de moderne mens is zijn eeuwige drang naar luxe en nieuwe spullen. Het consumentisme viert hoogtij. Socrates raadde aan om alleen te eten en drinken als je honger en dorst had. Iets anders is slecht voor je gezondheid en je karakter. Het gezegde dat honger rauwe bonen zoet maakt, is in zekere zin van hem afkomstig. Heel iets anders dan de ons door de reclame opgedrongen permanente consumptiedrang. Maar ook de antieke stoïcijnen kenden de verlokkingen van de welvaart. Om die verlokkingen de baas te worden oefenden ze zelfs door zich een aantal dagen per maand de nodige luxe te ontzeggen. Dat hield in dat ze dan een tijdje simpel voedsel aten, alleen water dronken en ruwe kleding droegen. Deze oefening was bedoeld om te leren dat je ook zonder dure dranken en spijzen en zonder comfortabele kleding en luxe spullen kunt leven.

Dit deden de stoïcijnen in navolging van hun concurrenten de cynici, die een leven van eenvoud en zelfs ontberingen propageerden. Zeno, de grondlegger van het stoïcisme, was immers een tijdje een leerling van de beroemde cynische filosoof Crates geweest. De cynici verlangden van hun aanhangers dat ze permanent in armoede leefden. In tegenstelling tot de cynici, die er hun volledige filosofie en levenswijze aan ophingen, was het voor de stoïcijnen niet meer dan een tijdelijke oefening in zelfdiscipline. De vrijwillige ontberingen waren bedoeld om te leren dat externe dingen onnodig zijn om toch een gelukkig leven te kunnen leiden. Bovendien zou een economische tegenslag niet al te hard aankomen als je al weet dat je prima zonder al die overdreven luxe kunt leven. Seneca zei er dit over:

“Neem eens een paar dagen genoegen met weinig en goedkoop voedsel, draag eens een poosje harde en ruwe kleding zodat je tegen jezelf kunt zeggen: ‘Was ik hier nu zo bang voor?'". Juist in tijden van voorspoed moet je je voorbereiden op tegenspoed. Als Fortuna je haar gunsten schenkt, moet je je voorbereiden op haar woede”. (Seneca: Brieven aan Lucilius 18 5-6)

Elke vorm van lichamelijk ongemak leidt automatisch ook tot geestelijk ongemak. Als u hongerig bent, pijn hebt of oververmoeid bent, staat ook uw geest onder spanning. Op een moment dat u zich niet helemaal lekker voelt, kunt u dan ook beter moeilijke uitdagingen vermijden. Probeer niet de stoere meid of bink uit te hangen en stel dat moeilijke gesprek of die zware opdracht gewoon uit. Ook Musonius Rufus wist dat lichamelijk ongemak als pijn, vermoeidheid en kou vaak tot emotionele onevenwichtigheid leidt. Hij wist ook dat je je kunt harden tegen dergelijke vormen van licht lichamelijk ongemak. Met oefeningen kun je je ‘pijngrens’ een stukje verschuiven. Gek genoeg kun je door jezelf zo nu en dan een klein beetje te pesten, je leven een stukje prettiger maken. Hij stelde zijn leerlingen dan ook bloot aan oefeningen om ze te harden. Het stoïcisme is nu eenmaal meer dan een theoretisch raamwerk, het is een praktijk. Musonius zei het zo:

“Het stoïcisme kent twee soorten oefeningen, de ene soort is gericht op het verstand en de andere soort op zowel het lichaam als het verstand. We trainen ons op beide gebieden wanneer we ons blootstellen aan kou, hitte, dorst, honger, kleine porties, harde bedden, afzien van pleziertjes en pijn lijden zonder te klagen. Door dit soort oefeningen wordt ons lichaam gehard zodat het zo robuust en sterk wordt dat het ook echte ontberingen kan verdragen”. (Musonius Rufus; Colleges; hoofdstuk 6)

Hij roept u hier niet op tot zelfkastijding. Stoïcijnen zijn zeker geen masochisten, maar door vrijwillig zo nu en dan wat kleine ontberingen te ondergaan kunt u zich harden voor toekomstige tegenslag. U bouwt zelfvertrouwen op en merkt dat u heel goed in staat bent allerlei tegenslagen te incasseren. Als u eenmaal weet dat u het aankunt bent u ook minder bang voor de toekomst. Iemand die nog nooit kou of honger heeft geleden is vaak buitensporig bang zijn huidige comfort en luxe te moeten opgeven. Met deze oefening zult u leren sneller en met minder tevreden te zijn. In situaties waarin uw hedonistische buurman zich onprettig voelt, zult u zich nog steeds comfortabel en tevreden voelen. Dit geeft u de gemoedsrust waar een stoïcijn naar zoekt. Bovendien leert u bij deze oefening, net als bij de negatieve visualisatie, de dingen die u hebt beter te waarderen. Een warme kamer is pas echt lekker als u eerst een wandeling door de kou hebt gemaakt en een maaltijd smaakt zoveel beter als u echt honger hebt. U bent minder snel ontevreden en u geniet meer van wat u hebt. Kortom een prachtige oefening voor een leerling stoïcijn.


Oefening: Wintertraining

In de oudheid werd er alleen in de zomer oorlog gevoerd. In de winter waren de wegen en velden te nat en koud voor grootscheepse troepenverplaatsingen. Deze winterstop betekende niet dat de legionairs vrijaf kregen. In de kazernes werden intensieve trainingscampagnes opgezet om de soldaten voor te bereiden op de gevechten in de zomer.

De stoïcijnen kenden een oefening die ze wintertraining noemden. Bij deze oefening is het de bedoeling dat u zich op een moment van rust en vrede traint voor woeligere tijden. Woeligere tijden die er hoe dan ook zullen komen. Met deze oefening gaat u uzelf daarom kleine lichamelijke ontberingen opleggen. Kies iedere maand een paar dagen waarin u uzelf verplicht om in armoede te leven. U zou een paar dagen kunnen vasten of alleen maar brood eten, geen koffie, thee of andere dranken drinken, maar alleen water. Draag in de winter eens een dunne jas en zet de verwarming laag of neem een koude douche. Slaap eens een paar nachten niet op uw heerlijke zachte en donzige matras, maar op een matje op de grond. Of probeer eens een week met niet meer dan €25 in uw portemonnee rond te komen. U zult vast nog wel een paar andere ontberingen weten te verzinnen.

Kies lichamelijk ongemak waarvan u weet dat het bij u emotionele spanning oplevert. Als u, bijvoorbeeld, weet dat u narrig wordt wanneer u het koud hebt, kunt u zichzelf trainen door de thermostaat een paar uur per dag een graadje lager te zetten, of door een korte wandeling te maken met een eigenlijk te dunne jas. Maak de uitdaging niet te zwaar. Rek uw grenzen op, maar zorg dat u ze niet overschrijdt.

Een wat gemakkelijkere variant op deze oefening is het zo nu en dan laten schieten van een pleziertje. Neem eens een glas water als u een glas wijn wordt aangeboden, laat de Franse schimmelkaasjes staan en sla eens een aflevering van uw favoriete serie over. Niet omdat u bang bent om alcoholist of te dik te worden, maar alleen om uw zelfbeheersing te trainen.

U zult merken dat dit soort ongemakken heel wat minder erg zijn dan ze u in eerste instantie toeschijnen. Al was het maar omdat deze ontberingen voor miljarden mensen de dagelijkse praktijk zijn. U zult leren dat ook u zo kunt leven en bovendien de eenvoudige luxe van uw dagelijkse bestaan des te meer leren waarderen.

Pas er voor  op dat dit soort oefeningen geen doel op zich worden. Zelfkwelling is een christelijke deugd, maar zeker geen stoïcijnse. Deze oefening roept u op tot gematigde zelfontzegging en niet tot ascese. De kleine ontberingen die u uzelf aandoet zijn enkel en alleen bedoeld om u een beetje te harden zodat u minder snel uw kalmte verliest als er iets mis gaat.


Deze oefening lijkt misschien wel erg streng en ascetisch, maar u zult al gauw merken dat het in de praktijk reuze meevalt. In wezen is het tenslotte niets anders dan wat miljoenen mensen tijdens hun vakantie doen als ze hun comfortabele huizen verruilen voor een tentje of een caravan. Zelfs padvinders kunnen dat aan. Dus zo heel zwaar zal het toch niet zijn? Heel veel mensen sloven zich uit in de sportschool en ondergaan geheel vrijwillig allerlei lichamelijke ontberingen voor hun gezondheid en uiterlijk. Een beetje ongemak voor een paar dagen moet dan toch wel te dragen zijn?

Maakt u zich dus geen zorgen, waarde lezer, het stoïcisme vraagt zeker niet van u om als een cynicus in een oud wijnvat te gaan wonen. Het is voldoende zo nu en dan uw zelfdiscipline te oefenen door bijvoorbeeld een eenvoudig en gezond dieet te volgen, of een trainingsschema te gaan volgen. Het kan al een begin zijn om een paar dagen uw koffie te laten staan. De oefening moet binnen de grenzen van het redelijke en gezonde blijven en moet zeker niet overdreven worden. U zult merken dat zelfdiscipline veel weg heeft van spierkracht. Hoe meer u het oefent, hoe sterker het wordt. Begin met kleine dingen en bouw het langzaam maar zeker uit. Jezelf iets ontzeggen zal nooit leuk worden, maar het wordt wel steeds een beetje makkelijker. U leert om ook van eenvoudige dingen te genieten. Dingen waar u nu misschien op neer kijkt zullen prettig en aangenaam worden. Bovendien brengt ook het kunnen afslaan van een gebakje een gevoel van voldoening met zich mee.

Voeding is toch al iets waar een stoïcijn niet al te veel aandacht aan wil besteden. Het moet gezond en voedzaam zijn en daarbij mag best op de smaak gelet worden, maar allerlei bijzondere liflafjes horen in een stoïcijns dieet niet thuis. Bovendien mag het voedsel dat op het bord van een stoïcijn terechtkomt niet het gevolg zijn van uitbuiting en ander leed. En dat geldt voor zowel menselijk als dierlijk leed. Hoewel sommige stoïcijnse filosofen hun leerlingen adviseerden om vegetariër te worden, werd dat absoluut niet geëist. Seneca was trouwens erg te spreken over zijn vegetarisch dieet.

“Ik stopte met vlees eten en na een jaar werd het gemakkelijk en zelfs prettig. Ik meende dat mijn geest levendiger werd en zelfs nu nog durf ik te beweren dat dat ook echt zo was.” (Seneca; Brieven aan Lucilius 108)

Hij stopte er uiteindelijk weer mee omdat hij niet geassocieerd wilde worden met een bepaalde fanatieke sekte die van vegetarisme zijn handelsmerk had gemaakt. Ook Musonius Rufus raadde zijn leerlingen aan om geen vlees meer te eten, maar hij verbood het ze absoluut niet. Vrees dus niet, als stoïcijn hoeft u geen afstand te doen van uw varkenslapjes. Toch is het wel belangrijk om rekening te houden met de herkomst van uw voedsel. Een stoïcijn kan niet zomaar alles eten wat hij maar wil zonder rekening te houden met de enorme milieuschade en het menselijk- en dierenleed dat de productie van zijn voedsel doorgaans met zich meebrengt. U hoeft echt niet volledig over te schakelen op biologisch en lokaal geproduceerd voedsel, als iedereen een dergelijk voedingspatroon volgde zouden er enorme hongersnoden ontstaan, maar u moet wel nadenken bij wat u eet.

Realiseer u hierbij wel dat u zich niets definitief en voor goed hoeft te ontzeggen. Stoïcijnen zijn niet tegen luxe en plezier maken, ze zijn er voorzichtig mee. Genieten van lekker eten en drinken is prima, het mag echter niet ontaarden in vraatzucht en alcoholisme. U hoeft zich niets volledig te ontzeggen, maar u moet er op bedacht zijn nergens afhankelijk van te worden. U moet er ook zonder kunnen, zonder dat u daardoor van uw stuk raakt. Een stoïcijn geniet van alles, maar is nergens de slaaf van.

Dit soort oefeningen in eenvoud hebben een betere gezondheid en een beter uiterlijk als bijwerking, maar dat is zeker niet het doel. Voor een stoïcijn valt gezondheid absoluut te prefereren boven ziekte, maar het is niet noodzakelijk voor een gelukkig leven. Ziekte en uiterlijk liggen buiten onze macht, maar een gezond leven leiden om ziekte te voorkomen ligt dat niet. Een stoïcijn doet niet aan de lijn om goed voor de dag te komen op het strand en traint niet voor een ‘Six pack’ en een betere gezondheid. Het enige wat echt telt is de verbeterde zelfdiscipline en volharding. Dat neemt niet weg dat het bij deze oefeningen alleen maar redelijk en verstandig is om te kiezen voor ‘ontberingen’ die ook nog eens goed voor uw gezondheid zijn. En een aantrekkelijk uiterlijk mag dan wel niet belangrijk zijn, maar is zeker een prettige bijkomstigheid.

Kies er voor om iemand te zijn die zelfbewust, volhardend en verstandig is. Begin ermee door met deze oefening uw zelfdiscipline een beetje te trainen. Matigheid is tenslotte één van de stoïcijnse hoofddeugden. Stel uzelf doelen om uw gedrag eenvoudiger en gezonder te maken. Verander uw dieet. Eet en drink simpel en gezond. Volg een eenvoudig trainingsschema. Kies de dingen die voor u en uw omstandigheden het verstandigst lijken te zijn en laat u daarbij zo nodig adviseren.


Oefening: Eten als een stoïcijn

Probeer eens te eten als een stoïcijn. Voor veel mensen is eten vooral een bron van genoegens. Net als Socrates vonden de stoïcijnen dat je primair moest eten en drinken om je lichaam te onderhouden. We eten om te leven en leven niet om te eten. Volgens Musonius Rufus begint de training van zelfbeheersing met de beheersing van je eetlust. Hij adviseert zijn leerlingen ingewikkelde gastronomische gerechten te vermijden en vooral eenvoudig te bereiden, goedkoop en makkelijk te verkrijgen voedsel te eten. Bij voorkeur vegetarisch, hoewel dat niet verplicht is, en geen grote hoeveelheden. Hij raadt ook aan om langzaam en met aandacht (mindful zouden ze nu zeggen) te eten. Om alles goed te proeven en niet meer te eten en drinken dan nodig is om je honger en dorst te stillen. Hij vond eten eigenlijk maar een riskante bezigheid:

“Hoe meer je van lekker eten houdt, hoe groter de gevaren zijn die je loopt. Bij elke maaltijd stel je je bloot aan meerdere gevaren. Je loopt het gevaar meer te eten dan je nodig hebt. Je loopt het gevaar te snel te eten. Je loopt het gevaar te veel ongezonde sauzen te eten. Je loopt het gevaar te weinig gezonde dingen en te veel zoetigheid te eten. En dan loop je ook nog het gevaar de grootste portie voor jezelf op te eisen.” (Musonius Rufus; Colleges 18)

Eten is bij uitstek een moment waarbij u de stoïcijnse deugd van de matigheid kunt oefenen. Zoals Musonius zegt loopt u bij iedere maaltijd weer het risico te veel, te snel en te ongezond te eten. Stoïcijnen willen u niet het genoegen van een lekkere maaltijd ontzeggen. Ze willen echter wel dat u goed beseft dat u eet en wat u eet. Schenk daarbij ook aandacht aan de herkomst van uw voedsel. Denk daarbij vooral aan de gevolgen voor het milieu, de arbeidsomstandigheden en het dierenleed dat uw voedsel veroorzaakt.

U hoeft niet het Romeins receptenboek van Apicius op te zoeken of in de geschriften van Cato te duiken om echt als een cynicus of stoïcijn te gaan eten. Alhoewel Apicius een heerlijk en makkelijk recept van linzensoep van Zeno heeft. Nee, het is genoeg om een gezond dieet uit te kiezen en dat vol te houden. Geeft niet welk dieet de Weight Watchers of Paleo zijn net zo goed als het meer Bourgondische dieet van Montignac. Denk er om het gaat er niet om om af te vallen of gezonder te worden. Het gaat er om je zelfbeheersing te trainen. U traint uw geest om met ontberingen om te gaan. Voor een stoïcijn is gezondheid weliswaar te verkiezen, maar in wezen onbelangrijk. Het gaat om een gezond karakter en niet om een gezond lichaam.

Dat het niet draait om een gezond lichaam neemt niet weg dat stoïcijnse filosofen behoorlijk sportief waren. Cleanthes het tweede ‘schoolhoofd’ was naast filosoof en waterdrager een beroepsbokser, die zelfs aan de Olympische Spelen mee had gedaan. Hetzelfde geldt voor zijn opvolger Chrysippus alleen was die een marathonloper en van de kreupele Epictetus wordt gezegd dat hij zijn school in Nicopolis vestigde om makkelijker naar de Olympische Spelen te kunnen gaan kijken. De Olympische Spelen waren in die tijd trouwens meer dan sport alleen. Er werden ook wedstrijden in toneel en muziek gehouden. Er was zelfs een competitie waarbij filosofische voordrachten werden gehouden en werd gediscussieerd. De Spelen gingen destijds zowel over de geest als het lichaam. Musonius Rufus zegt het als volgt:

“Omdat een mens nu eenmaal niet alleen een ziel is, en ook niet alleen een lichaam, maar een combinatie van die twee, moet een leerling aan allebei aandacht besteden, meer aan de ziel, die is belangrijker, maar ook aan het andere deel, om te voorkomen dat geen deel van de mens tekort komt”. (Musonius Rufus, Lezingen hoofdstuk VI)


Oefening: Sporten als een stoïcijn

In deze oefening wordt u gevraagd een trainingsprogramma te beginnen en vol te houden. Dat hoeft niet een al te streng of veeleisend programma te worden. U hoeft geen abonnement bij een sportschool af te sluiten of allerlei dure fitnessapparatuur aan te schaffen. Hardlopen, wandelen of yoga voldoen prima. Maar ook hier moet u zich weer realiseren dat het er vooral om gaat uw zelfbeheersing te oefenen. Fitheid en gezondheid zijn misschien prettige bijkomstigheden, maar spelen bij deze oefening zeker niet de hoofdrol. U traint niet om uzelf te bewijzen. Het gaat er ook bij deze oefening weer om dat u uw zelfdiscipline en karakter traint. Dat is belangrijker dan het trainen van uw lichaam.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten