zaterdag 9 juli 2022

11.2 Hoe werkelijk is uw werkelijkheid?

 Het is duidelijk dat de topos van de juiste denkkracht een geestelijke activiteit betreft. Net als trouwens de waarneming van de buitenwereld en het zich in gedachten voorstellen van dingen (fantaseren). Met uw verstandelijke vermogens bent u in staat de waarheid over iets uit de buitenwereld vast te stellen. Voor een stoïcijn is het essentieel dat het daarbij wel moet gaan om dingen uit de buitenwereld en niet om de eigen fantasie. Je kunt je een prachtige logisch kloppende fantasiewereld voor de geest halen, die niets met de werkelijkheid te maken heeft. Misschien leuk om eens in weg te dromen, maar het leidt tot niets en is niets meer dan tijdverdrijf, of hooguit een oefenterrein om je alvast een beetje te trainen voor de echte wereld. Bij het gebruik van de rede gaat het vooral om het vermogen van logische voortgang, van het doorzien van logische en causale verbanden en van het trekken van conclusies uit de gegevens uit de buitenwereld.

Logica lijkt nou niet direct het belangrijkste vak voor iemand die vooral wil leren om gelukkiger en virtuozer te worden. Dat er maar weinig geschriften van de stoïcijnse logica de tand des tijds hebben doorstaan betekent niet dat er tijdens de opleiding weinig aandacht aan werd besteed. Epictetus vond het een essentieel onderdeel van zijn opleiding. In één van zijn lessen vertelt hij dat hij als jonge leerling van Musonius Rufus zelf nog wel eens moeite had met het vak. Toen hij een uitbrander kreeg omdat hij een redeneerfout had gemaakt vond hij dat nogal overdreven.

Epictetus: “Djeemie, is dat nou echt zo erg, je doet alsof ik het Capitool in brand heb gestoken!’
Musonius: ‘Die redeneerfout van jou dat is het Capitool! Denk maar niet dat de enige fouten die je kunt maken dingen zijn als het in brand steken van het Capitool, of het vermoorden van je vader. Willekeurig en slordig omgaan met je indrukken, het niet goed kunnen volgen van een redenering of bewijsvoering, het over het hoofd zien van een drogreden, het in een discussie niet kunnen zien wat wel en niet klopt, wat wel of niet te rijmen valt met wat eerder is gezegd, zijn dat soms niet net zulke erge fouten?” (Epictetus, Colleges I, hoofdstuk 7)

Voor de leraar van Epictetus was het vermogen om een juist oordeel te geven dus essentieel om een virtuoos mens te kunnen worden. Het vak was misschien nog wel belangrijker dan de andere twee vakken, omdat het ook bij de bestudering en toepassing van beide andere vakken een cruciale rol speelt. En ook in onze tijd van verdachtmakingen, 'fake news' en complottheorieën is een goede dosis rationaliteit alles behalve een overbodige luxe.

In een moderne filosofieklas zou het topos van het juiste denken in het stoïcijnse curriculum niet alleen de vakken logica en retorica omvatten maar ook het moderne vak van de epistemologie. In de epistemologie of kenleer gaat het om de vraag hoe je kennis kunt verkrijgen en wat kennis eigenlijk is. Een dergelijke kenleer is niet alleen interessant voor filosofen die vanuit hun ivorentoren op de mensheid neer kijken, het heeft weldegelijk ook praktische consequenties. Het is dan ook de moeite waard om ook in deze cursus wat verder op de stoïcijnse kenleer in te gaan.

In de moderne kenleer wordt een onderscheid tussen rationalisten en empiristen gemaakt. De stoïcijnen worden vaak als empiristen beschouwd, omdat ze van mening zijn dat alle kennis afkomstig is uit de ervaring. Het centrum van zelfbewustzijn (hegemonikon in het Grieks) ervaart dingen uit de werkelijkheid en die ervaring is de basis van alle kennis die een mens kan verkrijgen. Toch waren stoïcijnen ook rationalisten, omdat ze vonden dat de indrukken van de ervaring eerst door de zeef van de ratio bewerkt moesten worden voordat tot een kloppend oordeel over de werkelijkheid gekomen kon worden. Dat maakt de stoïcijnen tot voorlopers van de beroemde verlichtingsfilosoof Kant.

De buitenwereld geeft u via uw zintuigen indrukken van wat er in de wereld gebeurt. Het blijft echter niet bij het alleen ervaren van dingen. Alle informatie die via de zintuigen binnen komt moet eerst nog het filter van uw hersenen passeren. Uw hersenen schotelen u onbewust en volautomatisch een beeld van de werkelijkheid voor dat niet persé waarheidsgetrouw hoeft te zijn. Neem bijvoorbeeld uw zichtvermogen. Uw ogen kunnen maar een heel klein stukje van het elektromagnetisch spectrum zien. Radiogolven en röntgenstralen zijn overal om u heen, maar zijn onzichtbaar voor het blote oog. Ze zijn in wezen niet anders dan het ‘gewone’ licht dat we wel kunnen waarnemen. Het enige verschil is de golflengte. 

Het kleine stukje van het spectrum dat we kunnen zien wordt dan ook nog eens vervormd door onze hersenen. Zo komen de zichtsignalen van uw ogen op zijn kop in uw hersen binnen. Die zetten dat dan wel weer netjes voor u rechtop, maar deinzen er vervolgens helemaal niet voor terug om u alleen maar een beeld van de dingen waar u toevallig uw aandacht op richt aan te bieden. Van al de andere dingen nemen uw hersen gemakshalve maar aan dat ze niet veranderen. Neem bijvoorbeeld het beroemde experiment van de onzichtbare gorilla (http://www.theinvisiblegorilla.com/videos.html) waarbij mensen die bij een basketbalwedstrijd gevraagd zijn om het aantal keren dat de bal de grond raakt te tellen, niet merken dat er ondertussen een gorilla tussen de spelers door wandelt. Het beeld dat onze hersenen ons van de buitenwereld voorschotelen is dus allesbehalve betrouwbaar.

Uw zintuigen geven u informatie over de omgeving waarin u zich bevindt; uw ogen, oren, neus, tong en uw tastzin maken het mogelijk om u te oriënteren. Al deze zintuigen ontvangen prikkels, zoals het licht dat op het netvlies valt, de aardbei die u proeft en de doorn van een roos die u in uw vingers prikt. Dit zijn allemaal sensibele (door een zintuig waargenomen) prikkels. Deze prikkels worden waargenomen door zintuigen, die het licht en de smaak omzetten in een elektrisch signaal. Dit elektrisch signaal wordt via neuronen naar uw hersenen gestuurd.

U kunt niet alle signalen uit de buitenwereld waarnemen. Van licht zagen we dat al, maar er zijn ook geluiden die te hoog of laag zijn om door uw oren gehoord te kunnen worden. Geluiden die voor uw hond geen enkel probleem zijn ontgaan u volledig. Ook ziet u dus niet alle kleuren uit het spectrum. U voelt de warmte van uw kachel, maar ziet de infrarode straling niet. Er zijn ook zintuigen die u helemaal niet heeft. Een slang ‘ziet’ bijvoorbeeld met zijn tong de infrarode straling van zijn prooi en een vleermuis ‘ziet’ de insecten waar hij op jaagt met echolocatie. Vlinders zien de in hun ogen waarschijnlijk prachtige ultraviolette kleuren van bloemen die ons mensen volkomen ontgaan.

Uw dus nogal beperkte zintuigen lijken losse apparaatjes die onafhankelijk van elkaar hun werk doen. Zo ziet u met uw ogen, hoort u met uw oren en ruikt u met uw neus. Ook in de hersenen lijkt de verschillende informatie in aparte gebieden verwerkt te worden. Maar hoe weten we dan welke beelden bij welke geluiden horen? Uw hersenen bewerken al die binnenkomende prikkels tot een samenhangend beeld van de buitenwereld. Ze zijn daarbij echter niet altijd even nauwkeurig. Ze laten u alleen de dingen zien waarvan ze ‘denken’ dat die belangrijk zijn voor uw overleven en verbinden daar dan ook nog eens een emotie aan. U mist niet alleen door de beperkingen van uw zintuigen een groot deel van de werkelijke buitenwereld, maar ook door de bewerking die uw hersenen daarvan maken ontgaat u opnieuw het één en ander. Kortom wat u voor de werkelijkheid aanziet, is niet meer dan een wazige sentimentele film van wat er echt gebeurt.

De informatie die u krijgt voorgeschoteld is dus behoorlijk gebrekkig, maar dat is nog niet eens alles. Aan wat wij zien wordt dus ook nog eens onmiddellijk een emotionele lading meegegeven. De informatie van uw zintuigen komt eerst bij uw hersenstam binnen. Dit deel van uw hersenen wordt zoals u weet ook wel het reptielenbrein genoemd, omdat het evolutionair het oudste deel van de hersenen is. Dit reptielenbrein weegt de binnenkomende gegevens en geeft er in de vorm van een pre-emotie een waardeoordeel aan. Als u, bijvoorbeeld, per ongeluk een stuk touw aanziet voor een gifslang, ziet u niet alleen iets wat er niet is, maar krijgt u op de koop toe ook nog eens de emotie angst te verwerken. Als u in een reclameboodschap een mooie slanke dame (of heer, sorry dames) smakelijk een nieuw soort koek ziet verorberen, krijgt u er gratis en voor niks de emotie honger en seksuele begeerte bij cadeau. Kortom wat wij ervaren met onze zintuigen kan ons behoorlijk op het verkeerde been zetten. Als stoïcijn is het belangrijk dat u zich goed bewust bent van het feit dat u het in uw leven met een nogal gebrekkig beeld van de werkelijkheid moet doen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten