U kijkt naar een scherm met een ronddraaiend masker. Aan de
voorkant zitten een neus, de ogen en de lippen, en de achterkant is hol. Daar is
niets bijzonders aan, of toch wel? Gek genoeg zien bijna alle mensen op het
moment dat de holle achterkant langs komt toch weer het gezicht van de
voorkant. Op de één of andere manier lukt het uw brein niet om de holle
achterkant van het masker te zien. Hoe u ook uw best doet om de realiteit te
zien, uw hersenen schotelen u telkens weer het gezicht voor. Dit is één van de
illusies waarmee wordt aangetoond dat uw hersenen u niet laten zien wat er echt
in de wereld buiten u gebeurt, maar wat ze verwachten dat er gaat gebeuren. Uw brein
is als het ware al een soort plaatje van het gezicht aan het maken op het
moment dat de holle kant van het masker naar u toedraait. Dit experiment toont
ook aan dat uw brein is voorgeprogrammeerd om overal gezichten in te herkennen.
U hebt de neiging om overal om u heen gezichten of ook dieren in te herkennen. Het
gezicht van u schoonmoeder of een beertje in de wolken, gezichten of kleine
beestjes in de foto’s van het oppervlak van Mars en zelfs een haakje met twee
puntjes op een beeldscherm wordt herkent als een lachend gezichtje. Gezichten en
verborgen dieren zijn zo belangrijk voor het overleven van de menselijke soort
dat uw hersenen ze overal en nergens denken te ontwaren.
Dit soort proefjes bewijzen dat u niet alleen met uw ogen
kijkt maar voor een belangrijk deel met uw brein. Het zijn niet uw ogen die als
een soort camera alles registreren wat er om u heen gebeurt. Nee, het zijn uw
hersenen die uw waarnemingen interpreteren en er een voor uw overleven
belangrijk beeld van maken. Hetzelfde geldt voor al uw andere zintuigen. Uw brein
registreert beeld, geluid, gevoel, geur en smaak niet objectief en passief,
maar vormt actief een model van de buitenwereld. Een model dat wordt ingekleurd
door de verwachtingen die uw brein heeft van wat er gaat gebeuren. En daar blijft
het niet bij, uw brein knoopt er ook alvast een gevoel aan vast. Door alvast
dingen in te vullen die er nog niet zijn en daar direct al een emotie aan te
verbinden bent u misschien net iets beter voorbereid op die in de bosjes
verborgen sabeltandtijger, of ziet u net iets eerder dat dat hert u in de gaten
heeft. Uw brein is een voorspellingsmachine, een soort glazenbol die u
voorbereid op dingen die mogelijk staan te gebeuren. Het voorspellend vermogen
van uw brein geeft u een enorm evolutionair voordeel. Als u in staat bent gebeurtenissen
in de wereld om u heen te voorspellen dan kunt u ook sneller en adequater
reageren op het gedrag van andere mensen en dieren. Een sabeltandtijger mag dan
sneller kunnen rennen en een grotere en krachtigere bek hebben dan een mens,
als u het gedrag van dit roofdier kunt voorspellen weet u meteen ook wat u moet
doen om niet in zijn bek terecht te komen.
Een brein als glazenbol betekent niet alleen dat u sneller
de juiste conclusies kunt trekken over de toestand in uw omgeving, het betekent
ook dat u veel meer dingen op de automatische piloot kunt doen. Dat scheelt kostbare
energie die dan weer aan andere belangrijkere dingen kan worden besteed. Zo kon
ik altijd blindelings de deurknoppen in mijn huis vinden, tot de aannemer een
week geleden de deuren opnieuw, en beter, had opgehangen. De eerste keren greep
ik telkens mis, het automatisme was verstoord. Dergelijke kleine ‘ongelukjes’
laten zien dat het ons brein is dat bepaalt hoe ons model van de werkelijkheid
er uit ziet en niet de werkelijkheid.
Een adequaat, maar wel ingekleurd model. Een model dat daardoor
niet persé kloppend is. Het is bovendien een emotioneel model. De glazenbol van
uw brein laat u niet alleen in plaats van de realiteit een toekomstvoorspelling
zien, maar plakt daar meteen ook een gevoel aan vast. Het schaduwspel in de
struiken wordt u voorgeschoteld als een sabeltandtijger met de emotie angst als
toegift. Prettig als u in de wildernis wilt overleven, maar in de hedendaagse
stadswildernis vooral lastig en dikwijls zelfs vervelend.
De oude stoïcijnen wisten hier natuurlijk niets van af. Toch
hadden ze wel een intuïtief beeld van de werking van het menselijk brein. Hun veronderstelling
dat onze indrukken uit de buitenwereld gekleurd zijn en lang niet altijd
kloppen blijkt tweeduizend jaar na dato aardig te kloppen. Wat ook klopt is de
stoïcijnse stelling dat we dan weliswaar niets kunnen doen aan de eerste
indruk, maar dat ons brein ook gebruikt kan worden om in tweede instantie een
correctie op die eerste indruk uit te voeren. Na een eerste verassingsmoment
was de veranderende hoogte van de deurkrukken voor mijn brein geen enkel
probleem meer. Hetzelfde geldt voor alle andere soorten indrukken. We zijn
weldegelijk in staat datzelfde brein dat ons een gekleurd model van de
werkelijkheid voorschotelt te gebruiken om dat model aan te passen en
realistischer te maken. U kunt er niet om heen dat uw brein u met een voorspellend
en emotioneel ingekleurd model van de werkelijkheid opzadelt, maar u kunt dat
zelfde brein ook inzetten om dat model een beetje rationeler en realistischer
te maken. En dat is nu precies wat de stoïcijnen willen dat u doet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten