zaterdag 27 januari 2024

24.2 Armoede, ziektes en handicaps

 We eindigden de vorige paragraaf met de slogan: Begin te leven. Dat klinkt mooi en zelfs een beetje stoer, maar voor veel mensen is dat nog niet zo eenvoudig. Soms lijkt leven makkelijker gezegd dan gedaan. Zoals u eerder al gelezen hebt wil het stoïcisme u vooral helpen om een virtuoos leven te leiden. Het wil u bijstaan bij een zo volledig mogelijke ontplooiing van uw mogelijkheden. Maar wat als de mogelijkheden om u te ontplooien beperkt zijn, als het leven u met allerlei belemmeringen in de weg zit. Ik doel hier niet op kleine tegenslagen die relatief makkelijk overwonnen of gedragen kunnen worden, maar op grotere, serieuzere problemen. U heeft een ernstig ongeluk gehad en bent voortaan aan een rolstoel gebonden, u heeft een levensbedreigende aandoening onder de leden, u bent zwaar depressief, u heeft een ernstige sociale fobie ontwikkeld of u bent door een faillissement en scheiding in de keiharde wereld van de daklozen terecht gekomen. Heeft het stoïcisme een antwoord voor mensen die lichamelijk of psychisch gehandicapt zijn? Voor mensen waarvoor alleen het in leven blijven zelf al een enorme uitdaging is geworden?

Het antwoord op die vraag is een volmondig ja. Het stoïcisme is een filosofie die bedoeld is voor alle omstandigheden, dus ook voor situaties waarin het lijkt alsof er geen ruimte meer bestaat voor wat voor ontplooiing en virtuositeit dan ook. Het is geen wondermiddel, dat soort middeltjes bestaan alleen in sprookjes en reclameboodschappen, maar het is wel een filosofie die bekendstaat om zijn technieken om met tegenslagen om te gaan. Kijk bijvoorbeeld naar wat Epictetus in zijn Handboekje zegt:

Als je dat echt wilt vormt ziekte alleen een belemmering voor je lichaam en niet voor je karakter. Zo is kreupelheid een belemmering voor je been, maar niet voor je karakter. Dit moet je bij alles wat je overkomt tegen jezelf zeggen. Dan zal je er echt van doordrongen raken dat alles wat je overkomt een belemmering is van iets anders, maar niet van jou. (Epictetus; Handboekje; hoofdstuk 9)

Op het eerste gezicht lijkt het alsof Epictetus hier een strikt onderscheid maakt tussen lichaam en karakter (geest). Toch is dat niet wat hij hier zegt. Hij zegt alleen dat een ziekte of handicap een belemmering kan vormen voor je fysieke mogelijkheden, maar niet voor je karakter. Mensen reageren verschillend op dezelfde ervaring. Sommige mensen die aan een ernstige ziekte lijden, kruipen in hun schulp en stellen hun leven volledig in het teken van hun ziekte. Andere mensen proberen er het beste van te maken binnen de grenzen van de door hun ziekte gestelde beperkingen. Door je manier van denken over je ziekte te veranderen, verander je ook de manier waarop je die ziekte ervaart. Dit geldt zelfs voor extreme pijn. Je kunt de pijn nooit helemaal wegdenken, maar je kunt wel je ervaring van die pijn veranderen en de pijn daardoor dragelijker maken. Dit is wat Epictetus bedoelt te zeggen. Een ziekte of handicap beperkt je mogelijkheden maar staat er niet aan in de weg om aan je virtuositeit te werken.

Voor de stoïcijnen ligt het wezen van een mens in zijn rationele vermogens. Die rationele vermogens zijn net zo materieel als je lichaam, maar ze vormen wel je ‘ware ik’. Het enige aspect van je bestaan waar je echt grip op hebt. Epictetus wil dus dat zijn leerlingen bij alles wat hen overkomt goed nagaan of het om iets gaat waar ze de volledige controle over hebben. Als ze daarbij tot de conclusie komen dat ze er geen of slechts een heel beperkte controle over hebben, dan moeten ze het bijna automatisch naast zich neerleggen als iets wat hen niet aangaat. Ziektes en handicaps, maar ook allerlei andere tegenslagen spelen geen rol bij het leiden van een gelukkig leven.

Om hun leerlingen te helpen zich te wapenen tegen allerlei tegenslagen als ziektes, verwondingen en armoede gebruikten de stoïcijnse filosofen vaak het voorbeeld van rolmodellen. Het ging daarbij meestal om de klassieke superhelden als Heracles en Socrates, maar het konden ook bekende hedendaagse persoonlijkheden zijn die iets bijzonders hadden gepresteerd of die geleerd hadden op een virtuoze wijze met een specifieke tegenslag of handicap om te gaan. Er werd soms zelfs verwezen naar het vermoedelijke gedrag van de fantasiefiguur van de superheld onder de superhelden: de ideale stoïcijnse wijze. Deze techniek van het zoeken van een rolmodel is eerder in deze cursus al uitvoerig beschreven. Het idee is dat je je door het gedrag van anderen in moeilijke situaties kunt laten inspireren om zelf je eigen, soortgelijke, problemen het hoofd te kunnen bieden.

Uit de voorbeelden die onze stoïcijnse leraren gebruikten valt een soort patroon af te leiden. Een patroon van praktische adviezen waarmee je ondanks allerlei handicaps en tegenslagen vorm en richting aan je leven kunt blijven geven. Het zijn geen opzienbarende dingen, eigenlijk niets anders dan praktisch gezond verstand. Ze gelden voor iedereen en niet alleen voor mensen die tegen obstakels oplopen. Ik geef in de volgende oefening een overzicht van hun adviezen.


Oefening: Stoïcijnse adviezen bij serieuze tegenslag

De stoïcijnse adviezen om na een ernstige tegenslag je leven weer op te pakken vallen in een aantal punten uit één:

  1. Probeer de controle terug te krijgen. Een stoïcijn past de slachtofferrol niet. Ga uzelf dus vooral niet als slachtoffer van het noodlot beschouwen. Ik besef dat dat bepaald geen eenvoudige opgave is als u totaal verlamd in een rolstoel zit en voor de kleinste dingetjes afhankelijk bent van anderen. Toch vormt die verlamming alleen een belemmering voor uw lichaam en niet voor uw geest. U heeft nog steeds een rationele geest die u in staat stelt de controle over uw leven terug te veroveren. U bent misschien dan wel een deel van de regie over uw leven kwijtgeraakt, maar hebt nog steeds het vermogen om op z’n minst iets van die regie te herwinnen.

  2. Als u een deel van de controle eenmaal hebt herwonnen, moet u er voor zorgen die controle ook vast te houden. Het is vaak aanlokkelijk en zeker makkelijker om de boel de boel te laten en de zorg voor uw leven weer aan anderen over te laten. Om de controle te behouden moet u uw waarden, doelstellingen en besluiten goed op een rijtje hebben. Wat vindt u echt belangrijk in uw leven? Wat is rationeel om nu na te streven en wat moet u daarvoor doen? Maak uw keuzes en handel daar ook naar. Kijk daarbij nog eens goed naar uw lijstje met levenswaarden uit een eerdere les.

  3. Laat uw beperkingen voor wat ze zijn en negeer ze. Zie het als iets wat onbelangrijk en onbeduidend is. U heeft er toch geen controle over, het is dus onbelangrijk voor een virtuoos en gelukkig leven. Uw dwarslaesie gaat niet weg, hardlopen zult u niet meer kunnen, dat is nu eenmaal zo, maar er zijn dingen die u wel kunt. Richt u op de mogelijkheden die u hebt. Zeg niet tegen uzelf ‘dat kan ik niet meer’, maar zeg tegen uzelf ‘dit zou ik kunnen doen’. Het is niet eenvoudig en vergt ontzettend veel inspanning en zelfkennis om u, ondanks alles, toch telkens weer te blijven richten op uw mogelijkheden.

  4. Wees daarbij echter wel rationeel en realistisch. Onderzoek goed wat uw mogelijkheden en onmogelijkheden zijn. Weet goed wat uw huidige lichamelijke, psychische en sociale mogelijkheden en beperkingen zijn. Houd er rekening mee dat die beperkingen in de loop der tijd ook kunnen veranderen. Neem uzelf dus niet in de maling en zorg ervoor dat u goed weet wat voor u behapbaar is. Onderneem geen dingen die u niet meer aan kunt. Neem de wonderverhalen die de al dan niet sociale media en gezondheidsgoeroes u voorschotelen niet voor zoete koek aan. Het is niet nodig om uzelf met onnodige teleurstellingen op te zadelen. Uw tegenslag is zonder zelf toegebracht leed al groot genoeg.

  5. Maak lange termijn plannen. Bedenk waar u over tien, twintig, dertig jaar wil staan. Of als uw levensduur een kortere horizon heeft, wat u voor het einde van uw leven nog bereikt wil hebben. Wees ook hierbij weer realistisch en houd uw levenswaarden in de gaten. Zorg dat uw plannen samenhangend en ambitieus zijn. Probeer al de onderdelen van uw plannen met elkaar in overeenstemming te brengen. Laat uw leven zo een samenhangend en harmonieus geheel worden. Een harmonieus levensplan geeft richting aan en rust in uw leven. Zorg ook dat uw plannen niet te star zijn. De wereld verandert en ook u verandert dus zorg dat uw plannen aangepast kunnen worden. Als u een plan hebt, kies dan een aantal korte termijn doelen uit die binnen dat plan passen en ga daarmee aan de slag. Uw levensomstandigheden bepalen wat voor doelen u uzelf kunt stellen. Maak het uzelf niet te moeilijk en kies ook nu weer voor reële en haalbare doelstellingen binnen de grenzen van uw mogelijkheden. Neem beslissingen en handel daar ook naar. Beperk uw keuzes, te veel mogelijkheden werken verlammend. Maak een keuze en houd daaraan vast zolang dat rationeel lijkt te zijn.

  6. Wees er op bedacht dat er onoverkomelijke hindernissen bestaan. In tegenstelling tot wat de moderne maatschappij u wil doen geloven zijn er gewoon problemen die niet opgelost kunnen worden. Niet alles kan met inzet en hard werken worden bereikt. U moet weten wanneer u ergens mee moet stoppen. Geef het niet te snel op, maar zeker ook niet te laat. Het is natuurlijk niet altijd direct duidelijk welke obstakels onoverwinnelijk zijn en welke niet. Maar u kunt en hoeft niet iedere hindernis te overwinnen. Kijk naar uw levenswaarden en gebruik ze om te bepalen welke obstakels u te lijf gaat en welke u laat voor wat ze zijn. Bezorg uzelf niet onnodig extra leed door tegen ondoordringbare muren aan te blijven lopen.

Laat u niet uit het veld slaan door tegenslagen en handicaps. Volhard en beheers u, zoals Epictetus zijn leerlingen aanraadde. Maar wees u er tegelijkertijd van bewust dat u niet altijd alles kunt bereiken wat u zichzelf ten doel stelt. Zorg dat de dingen die u wil ondernemen realistisch en rationeel zijn.


woensdag 24 januari 2024

Waar maak je je druk om: normen, waarden en deugden

We maken ons druk om van alles en nog wat. U bent uw hele leven waarschijnlijk al druk bezig met u druk te maken om de meest banale zaken. Een gebroken kopje kan u razend maken, het verlies van uw favoriete voetbalclub maakt u verdrietig, een verkeerd berichtje op instagram en u zit in de gordijnen en een onhandige opmerking van een collega maakt u razend. U hebt het er maar druk mee. Al die emoties over zo ongeveer alles wat u maar kan overkomen. Dat is misschien niet altijd even handig. Het kost u enorm veel energie om overal iets van te moeten vinden en overal emotioneel op te moeten reageren. Stoïcijnen vinden dat zonde van uw tijd en energie. Gebruik uw beperkte tijd en energie om u met de dingen bezig te houden die u echt belangrijk vindt en laat de rest maar zitten.


Makkelijker gezegd dan gedaan, de meeste mensen hebben geen flauw idee wat ze nu echt belangrijk vinden. Het is dan ook een goed idee om op zoek te gaan naar wat voor u nu echt belangrijk is. Wat zijn de normen, waarden en deugden waar u uw bed voor uitkomt? Leven in overeenstemming met uw deugden, dat is nu net waar het in het stoïcisme voor een belangrijk deel om draait. Het stoïcisme wil dat u bepaalde deugden ontwikkelt en probeert uw leven daarnaar in te richten. Het is dan ook belangrijk om op zoek te gaan naar de belangrijkste normen, waarden en deugden die uw leven richting zouden moeten geven. Maar wat zijn dat nu eigenlijk die waarden en deugden?


Normen, waarden en deugden zijn concepten die vaak worden gebruikt in ethische en filosofische discussies, en ze zijn nauw verwant maar hebben toch verschillende betekenissen.


Normen:

  • Normen zijn culturele en maatschappelijke regels of richtlijnen die aangeven hoe mensen zich moeten gedragen in bepaalde situaties.

  • Ze zijn vaak expliciet en kunnen zowel formeel als informeel zijn. Formele normen kunnen bijvoorbeeld wettelijke voorschriften zijn, terwijl informele normen sociale verwachtingen binnen een gemeenschap weerspiegelen.

  • Normen hebben betrekking op gedrag en worden gebruikt om gedrag te reguleren en vooral te sturen.


Waarden:

  • Waarden verwijzen naar de overtuigingen en principes die mensen belangrijk vinden in hun leven. Het zijn fundamentele overtuigingen die dienen als leidraad voor het gedrag van een individu.

  • Waarden zijn breed en omvatten ideeën zoals wijsheid, matigheid, moed, vrijheid, gelijkheid, rechtvaardigheid, eerlijkheid, liefde, respect, enzovoort. Deze kunnen variëren van persoon tot persoon en van cultuur tot cultuur.

  • Waarden fungeren als de fundamenten die bepalen wat iemand als goed of slecht beschouwt, wat hen richting geeft in hun keuzes en handelingen.


Deugden:

  • Deugden verwijzen naar de specifieke kwaliteiten of eigenschappen van karakter die als moreel goed worden beschouwd. Het zijn positieve eigenschappen die iemand kan ontwikkelen om een deugdzaam leven te leiden.

  • Voorbeelden van deugden zijn eerlijkheid, moed, vriendelijkheid, zelfbeheersing, geduld, rechtvaardigheid, enzovoort. Deugden zijn meer gericht op persoonlijke eigenschappen en gedragingen.

  • Het beoefenen van deugden wordt vaak gezien als een manier om moreel goede keuzes te maken en een harmonieus leven te leiden.


Samenvattend zou je kunnen zeggen dat normen concrete gedragsrichtlijnen binnen een samenleving zijn, waarden de bredere, abstracte overtuigingen die iemand heeft, terwijl deugden de concrete, positieve karaktereigenschappen zijn die iemand nastreeft en ontwikkelt op basis van die waarden. Samengevoegd spelen zowel normen, waarden als deugden een belangrijke rol bij het vormgeven van iemands ethisch kompas en gedrag. Deugden zijn dus wel concreter en meer op gedrag gericht dan de achterliggende normen en waarden.


Uw normen hebt u niet zelf gekozen, ze worden u door uw cultuur en samenleving opgelegd. Dat is een goede reden om ze kritisch tegen het licht te houden. Cultureel bepaalde normen willen nog weleens religieus, nationalistisch of zelfs racisitsich gekleurd zijn. Als stoïcijn bepaalt u zelf wel aan wat voor regels u zich wel of niet wil houden. Daar hebt u de niet altijd even rationele regels van uw omgeving niet voor nodig. Dat betekent niet dat een stoïcijn een ongeleid projectiel is die doet waar hij zin in heeft. Nee, een stoïcijn laat zich de wet niet voorschrijven maar kiest zijn waarden en deugden zelf uit.


Het heeft dus zin om u af te vragen welke waarden en deugden nu echt belangrijk voor u zijn. Ga daarbij zo rationeel mogelijk te werk en pas op dat u zich niet te veel door cultureel bepaalde vooroordelen laat beïnvloeden. Het gaat er om wat u echt belangrijk vindt, niet om wat anderen vinden dat u belangrijk zou moeten vinden. U hoeft zich daarbij niet al te druk te maken over het onderscheid tussen waarden en deugden. De stoïcijnen hebben het vooral over deugden, maar bedoelen daar eigenlijk ook mee wat we hierboven waarden hebben genoemd. Stoïcijnen zijn nogal praktisch en deugden zijn de praktische uitwerking van de dingen die ze belangrijk vinden. Het zijn de persoonlijke eigenschappen die ze willen cultiveren om hun waarden in het echte leven tot uitdrukking te brengen.


U zou dus eens serieus onderzoek moeten doen naar wat uw waarden en deugden zijn. Wat is voor u nu echt belangrijk? Langs welke meetlat wilt u uw leven leggen? Kortom, wat zijn de dingen waar u zich druk over wilt maken en wat zijn de dingen waar u zich niet dik over wilt maken? Makkelijker gezegd dan gedaan. Uw waarden en deugden liggen niet op een presenteerblaadje op u te wachten. Het bepalen van uw belangrijkste waarden is een moeizaam persoonlijk en reflectief proces. Hier zijn enkele stappen die u kunt volgen om dit beter te begrijpen:


1. Zelfreflectie:
Maak een lijstje met wat u denkt dat nu voor u de belangrijkste waarden zijn waar u naar zou willen leven. Neem de tijd om diep na te denken over uw leven, ervaringen en wat voor u echt belangrijk is.
2. Identificeer kernmomenten:
Probeer specifieke momenten in uw leven te identificeren waarin u zich het meest vervuld voelde. Wat deed u op dat moment? Met wie was u? Wat was er aan de hand? Deze momenten kunnen aanwijzingen geven over de waarden die voor u belangrijk zijn.
3. Maak een lijst van uw prioriteiten:
Schrijf een lijst op van wat u op dit moment belangrijk vindt in uw leven. Dit kunnen zaken zijn zoals familie, vriendschap, carrière, persoonlijke groei, gezondheid, vrijheid, creativiteit, etc. Overweeg momenten waarop u gelukkig was, succesvol voelde of diepgaand voldoening vond.
4. Maak een lijst van uw angsten
Schrijf een lijst op van wat u op dit moment angst inboezemt. Wat wilt u tegen elke prijs vermijden? Denk ook aan situaties waarin u zich gefrustreerd, ontevreden of ongemakkelijk voelde. Maak ook hier een lijstje van. Rangschik deze in volgorde van prioriteit.
5. Wees eerlijk met uzelf:
Wees eerlijk over wat u werkelijk belangrijk vindt, niet wat u denkt dat belangrijk zou moeten zijn volgens anderen of de maatschappij. Laat u niet beïnvloeden door externe verwachtingen; concentreer u op wat authentiek voor u is.
6. Filter het lijstje van vraag 1:
Kijk kritisch naar uw lijst en probeer de waarden te identificeren die voor u het meest essentieel zijn. Vaak zijn er overlappende thema's of kunt u bepaalde waarden groeperen onder één noemer. Hebben uw antwoorden op de andere vragen dingen veranderd?
7. Herzie regelmatig:
Waarden kunnen in de loop van de tijd veranderen. Het is belangrijk om regelmatig de tijd te nemen om uw waarden te herzien en aan te passen aan nieuwe inzichten en levenservaringen.
8. Lees en leer:
Lees boeken, artikelen en luister naar podcasts over persoonlijke ontwikkeling en filosofie. Het kan helpen om inzicht te krijgen in verschillende waarden en te ontdekken welke resoneren met u.
9. Vraag anderen om feedback:
Vraag vrienden, familie of collega's om feedback over wat ze denken dat belangrijk voor u is. Soms kunnen anderen een ander perspectief bieden dat u zelf niet hebt overwogen.


Het proces van het identificeren van uw belangrijkste waarden is een doorlopende reis. Neem de tijd en wees geduldig met uzelf terwijl u dit ontdekkingsproces doorgaat. Als u eenmaal een idee hebt van wat voor u echt belangrijk is, dan kunt u het zich ook veroorloven om u zich niet langer druk te maken over het al het ander. En geloof me, dat geeft rust en ruimte. 


zaterdag 20 januari 2024

24.1 De glimlachende metgezel

 LES 24 OUDERDOM, GEBREKEN EN STERFGEVALLEN


24.1 De glimlachende metgezel

Kijk eens achterom. U zult een voortdurende metgezel achter u aan zien lopen, iemand die u altijd achtervolgt en nooit ver weg is: Magere Hein, uw eigen dood. U kunt deze metgezel vrezen of hem tot uw eigen voordeel gebruiken. De keus is aan u. Onze dagen zijn geteld. Iedere minuut worden er duizenden mensen geboren. Sommigen zullen maar een paar dagen leven, anderen zullen honderd worden. Maar of we maar een dag of misschien honderd jaar te leven hebben, weet niemand. De vraag blijft: Wat maakt ons leven zinvol? Voor een stoïcijn ligt, zoals we eerder al hebben vastgesteld, de zin van ons bestaan in de zoektocht naar virtuositeit en geluk.

Het stoïcisme kent geen vage, ongefundeerde droombeelden over een leven na de dood, maar laat de dood ook zeker niet links liggen. De oude stoïcijnen besteedden juist veel aandacht aan de dood. Ze zagen het als iets onvermijdelijks waar je je op kunt en ook op moet voorbereiden. Seneca vond het zelfs de ultieme toetssteen voor zijn virtuositeit. Volgens hem ligt de dood niet in de toekomst, maar is het iets dat zich constant in het hier en nu manifesteert. In een brief aan zijn vriend Lucilius schrijft hij dit:

“Elke dag sterven we een beetje, want elke dag wordt er weer een nieuw stukje van ons leven afgesnoept. Wanneer we ouder worden wordt ons leven dus steeds een stukje kleiner. We zijn onze kleutertijd kwijt, onze kinderjaren en ook onze jeugd is allang vervlogen. Zelfs het moment waarop we nu leven, moeten we delen met de dood. Een waterklok raakt niet leeg door de laatste druppel die eruit valt, maar door alles wat er eerder al uitgestroomd is en zo eindigt ook een leven niet door het laatste uur, maar door alle daarvoor verlopen uren. Ons laatste uur is niets meer dan het moment waarop wij ophouden te bestaan, een moment waarnaar we allang op weg waren.” (Seneca, brieven aan Lucilius, brief XXIV-20)

Voor stoïcijnen is sterven dus iets wat een leven lang duurt. Of eigenlijk is het het leven zelf. Iets wat steeds verder gaat en zinvol ingevuld moet worden. De dood is niets bijzonders of angstaanjagends, het is gewoon het natuurlijke eindpunt van al onze projecten. U vindt misschien dat dat de dood er niet minder deprimerend op maakt. Toch gebruikten de stoïcijnen hun doodsbesef juist als een hulpmiddel om het leven intenser te beleven.

Omdat de dood een eeuwigdurend gegeven is en een mensenleven adembenemend kort, moet u uzelf eens afvragen: ‘Moet ik dingen laten die ik eigenlijk doen wil? Moet ik mijn leven leiden zoals anderen dat van mij verwachten? Is het opeenstapelen van bezit, aanzien en pleziertjes echt zo belangrijk als de maatschappij me wil doen geloven?’ U kunt vruchteloos de dood vrezen of u kunt vriendschap met hem sluiten en hem gebruiken om te leren effectief en virtuoos te leven.

De volgende keer dat u wikt en weegt en u afvraagt wanneer u eindelijk eens het heft van uw leven in eigen hand zult nemen, stelt u zich dan eens de volgende vraag: ‘Hoe lang zal ik dood zijn en hoe lang ben ik dood geweest’? Het antwoord zal zijn: eeuwig. De eeuwen voor uw geboorte heeft u niet bestaan en de eeuwen na uw dood zult u opnieuw niet bestaan. Met dat eeuwige perspectief voor ogen kunt u nu een eigen keus maken en al dat getob, de angst, de vraag of u zich iets wel of niet kunt veroorloven en al uw schuldgevoelens over laten aan hen die wel het eeuwige leven hebben.

Als u dergelijke stappen niet gaat zetten, staat u te wachten dat u uw leven, uw hele leven, zult leiden zoals anderen zeggen dat u leven moet. Uw verblijf op Aarde is slechts kort. Het is uw leven, doe ermee wat u wilt en maak er een feest van.

De stoïcijnen vergelijken het leven vaak met een feest. Epictetus was gek op sport en bezocht graag de Olympische Spelen. Er wordt zelfs gezegd dat hij zijn school expres in de buurt van Delphi stichtte om zo makkelijker naar de wedstrijden te kunnen kijken. De Olympische Spelen waren in die tijd trouwens meer dan sport alleen, er werden ook wedstrijden in filosofie, muziek en toneel gehouden. Hij spoorde zijn leerlingen aan om van de wedstrijden te genieten zonder een voorkeur te hebben voor wie zou winnen. Net als in het echte leven zouden de leerlingen zich niet moeten storen aan het geduw en getrek in de rij voor de ingang van het stadion, of aan het geschreeuw en gejoel van het publiek tijdens de wedstrijden.

Beeld u zelf eens in dat u een groot muziekfestival of een sportwedstrijd bezoekt. U kunt niet meer naar buiten tot het festival voorbij is. Er is geen enkele reden om te klagen over het publiek of het programma u zit er aan vast voor de duur van de voorstelling. Kijk dan ook goed om u heen en laat alles wat er gebeurt op u inwerken. U bent hier om te kijken en te genieten. Realiseer u dat ook uw leven een festival is, waarvan u (cliché der clichés) het programma niet kent. Het valt niet te vermijden dat mensen duwen, schreeuwen en tegen u opbotsen. Ze morsen bier over uw kleding, schreeuwen, joelen en staan op uw tenen. Het hoort allemaal bij het leven. Wees u bewust van wat er gebeurt, maar laat de dingen komen zoals ze komen. Probeer er zo veel mogelijk van te leren en te genieten, maar laat u niet meeslepen. Word wakker, stap uit de ‘rat-race’ en begin om u heen te kijken. Begin te leven.


zondag 14 januari 2024

Alleen stoïcisme kan u redden!

 Klimaatverandering lijkt niet meer te stuiten, het ecosysteem stort wereldwijd in elkaar, oorlogen breken uit, de moderne versie van het fascisme wint overal terrein en mensen lijken steeds dommer te worden en vreemdere dingen te doen en geloven. Als u zich overdonderd en verward voelt door de grote problemen waar de wereld mee wordt geconfronteerd dan hebt u groot gelijk. Mondiale processen zijn zo ingewikkeld geworden dat één persoon ze onmogelijk nog kan overzien. Ook als u het vervelende gevoel bekruipt dat u het u te veel wordt en dat u het niet langer kunt behappen hebt u gelijk. Niemand kan dat. Maar hoe kunt u dan toch nog de waarheid over wat er gebeurt achterhalen en hoe vermijdt u als stoïcijn dat ook u het slachtoffer wordt van propaganda en desinformatie?


Het stoïcisme stelt een enorm vertrouwen in het menselijk vermogen tot rationeel nadenken. Alleen gedisciplineerd onderzoek naar de feiten en het consciëntieus conclusies trekken uit wat weten of wat aannemelijk is kan de onmetelijke problemen waar de mensheid zichzelf mee heeft opgezadeld oplossen. Redelijkheid kan ons redden. Maar het beeld dat de mensheid is opgebouwd uit miljarden unieke rationele individuen klopt niet. Dit beeld schildert individuele mensen af als onafhankelijke, rationele actoren en bombardeert ze tot de hoeksteen van de samenleving. Het is, jammer genoeg, een vergissing om vertrouwen te leggen in het ideaalbeeld van het rationele individu. Het ‘rationele individu’ is een fantasiebeeld dat niet bestaat. Gedragswetenschappers, neurologen en evolutionair psychologen hebben aangetoond dat de meeste van uw beslissingen niet op rationele overwegingen berusten, maar op emotionele reacties en heuristische 'shortcuts'. Deze emoties en heuristieken waren wellicht heel geschikt voor het leven in de steentijd, maar in het computertijdperk schieten ze ernstig tekort.


Niet alleen rationaliteit lijkt een mythe te zijn, het autonome individu zelf is het misschien ook wel. Mensen denken zelden zelfstandig na. Emoties spelen een belangrijke rol in ons denken. Bovendien denken we meestal in groepen en maar zelden als onafhankelijk individu. Er is een hele stam voor nodig om een kind groot te brengen of een nieuw werktuig uit te vinden. Geen enkel individu weet alles wat nodig is om een kathedraal te bouwen, een atoombom te maken of een vliegtuig te bouwen. Het is niet alleen ons individuele vermogen tot analytisch nadenken dat ons een evolutionaire voorsprong op de andere dieren geeft, maar vooral ook ons ongekende vermogen om in grotere groepen de koppen bij elkaar te steken.


Individuele mensen weten gênant weinig van de ons omringende wereld. We denken dat we tegenwoordig veel meer weten dan mensen in de prehistorie, maar in werkelijkheid konden we in die tijd heel wat meer dan tegenwoordig. Jagers-verzamelaars uit de steentijd wisten tenminste nog hoe ze in de wildernis iets te eten bij elkaar konden scharrelen, hoe ze zelf kleren moesten maken, een vuurtje stoken of aan een holenleeuw konden ontsnappen. We zijn tegenwoordig voor bijna al onze behoeften afhankelijk van de kennis en kunde van andere mensen en sommige van die mensen leven ook nog eens aan de andere kant van de wereld.


Dit hoeft niet per se slecht te zijn. Ons groepsdenken heeft ons oppermachtig gemaakt. Ons vertrouwen in de kennis van anderen heeft ons evolutionair veel voordeel gebracht. Net als veel andere menselijke eigenschappen heeft ook ons groepsdenken in de moderne tijd echter de nodige problemen. De wereld wordt steeds ingewikkelder en wij mensen begrijpen gewoon niet hoe weinig we er eigenlijk van begrijpen. Mensen zijn zich er tegenwoordig nog maar zelden van bewust hoe weinig ze eigenlijk begrijpen van de wereld om hen heen. Ze hebben bedroevend weinig kennis, zitten opgesloten in een echoput vol gelijkgestemde vrienden en gebruiken sociale media waar hun vaak nogal irrationele opvattingen alleen maar worden versterkt.


Als stoïcijn zou ik dan willen dat mensen gestimuleerd worden om zelfstandig na te denken en op zoek te gaan naar informatie. Helaas wordt het er niet eens beter op als mensen meer en betere informatie krijgen. Niet alleen stoïcijnen maar ook wetenschappers proberen onjuiste opvattingen te corrigeren met beter onderwijs en deskundigen proberen de publieke opinie rationeler en realistischer te maken door het publiek te voorzien van kloppende feiten en verklaringen van experts. Die pogingen komen voort uit een verkeerd begrip van hoe mensen echt denken. Het merendeel van uw opvattingen wordt gevormd door ons gemeenschappelijk groepsdenken en niet door rationele analyses en overwegingen. Uit een ingebakken loyaliteitsgevoel houden we strak vast aan de irrationele opvattingen van de groep. Het werkt alleen maar averechts om mensen de feiten voor te leggen om daarmee hun individuele onwetendheid bloot te leggen. Mensen houden niet van grote hoeveelheden feiten en houden er al helemaal niet van om zich dom te voelen. Geloof maar niet dat je de aanhangers van de PVV of de BBB van de gevaren van klimaatverandering kunt overtuigen met een paar velletjes met statistieken.


De macht van het groepsdenken is zo groot dat ze moeilijk te doorbreken is. Willekeurige, onlogische en zelfs totaal onzinnige opvattingen die in het groepsdenken hebben postgevat vallen haast niet uit te roeien. Zelfs wetenschappers zijn niet immuun voor de macht van het groepsdenken. De wetenschappelijke wereld gelooft in de kracht van feiten dus blijven ze stug geloven dat ze de publieke opinie kunnen overtuigen door met de juiste feiten te komen. Ondanks dat de empirische bewijzen zich opstapelen dat mensen niet rationeel nadenken en dat menselijk groepsdenken niet met feiten alleen valt te veranderen. Het wetenschappelijke en stoïcijnse geloof in individuele rationaliteit is misschien zelf ook wel het gevolg van irrationeel groepsdenken. Het probleem met groepsdenken beperkt zich niet tot de gewone burger en consument, ook politici en bedrijfsleiders zijn er het slachtoffer van. Ze hebben misschien volop de beschikking over adviseurs en wetenschappelijke instellingen maar ze hebben het veel te druk met het najagen van de waan van de dag om daar veel aandacht aan te besteden. 


Wat moet u daar, als stoïcijn, nu mee? Vertrouw niet op de groep, durf te denken! Er is maar één weg: stug proberen zo rationeel mogelijk te blijven. Hoe moeilijk of welhaast onmogelijk dat soms ook lijkt te zijn. Het is onmogelijk om alle relevante feiten op een rijtje te krijgen. Daar hebt u de benodigde tijd en kennis gewoon niet voor. Als u rationele beslissingen wilt nemen en die beslissingen wilt baseren op feiten, hebt u nu eenmaal tijd nodig om dieper in de problematiek door te dringen. U moet ook nog eens het geduld en de mogelijkheden hebben om te experimenteren met onsuccesvolle gedachtegangen, om doodlopende wegen te verkennen. U moet ruimte laten voor twijfel en bereid zijn uw mening te veranderen. Als u echt rationele beslissingen wilt nemen en echt de waarheid wilt achterhalen, moet u er de tijd voor nemen om na te denken en u te verdiepen in de feiten. Maar u moet vooral niet bang zijn om af te wijken van het groepsdenken van uw omgeving. Nieuwe kennis en inzichten vindt u zelden of nooit in het centrum van het groepsdenken, omdat dat centrum altijd uitgaat van wat de groep meent te weten. 


Het groepsdenken zit naast een paar duidelijke oude feiten vol met ongefundeerde gissingen, doorgeprikte mythes, bijgelovige dogma’s en idiote complottheorieën. Dit levert een uiterst verwrongen beeld van de werkelijkheid op. Misschien dat we net als Socrates dan maar moeten aanvaarden dat we het niet weten. Maar als we de wereld niet begrijpen hoe zullen we dan ooit het verschil tussen goed en kwaad, tussen de weg naar ons uitsterven of de weg naar overleving kunnen onderscheiden? We zullen het moeten doen met de beperkte kennis die we hebben. Misschien moeten we veel vaker dan ons lief is genoegen nemen met dingen die aannemelijk lijken, vertrouwen op wetenschappers die in elk geval op hun specifieke vakgebied beter weten wat wel of niet het geval is. 


En wat doen we met dat onuitroeibare groepsdenken? We zullen die groepen een narratief moeten voorleggen dat hen aanspreekt, een narratief dat dichter bij de werkelijkheid ligt dan de waanbeelden waar ze nu achteraan rennen. Een dergelijke narratief is jammer genoeg veel minder aantrekkelijk dan de verhaaltjes die de populistische echoputten ons voorspiegelen. Dat die verhaaltjes zoals de geschiedenis herhaaldelijk heeft uitgewezen tot onuitsprekelijke ellende en lijden aanleiding zullen geven is weer zo’n feitje dat de echoput liever negeert. De werkelijkheid is somber en de toekomst ziet er donker uit. Een goede tijd om het oude stoïcisme maar weer eens uit de kast te halen en af te stoffen. Stoïcisme dwingt u om zelf na te denken en uw handelen op feiten en rationele beslissingen te baseren. En als dat allemaal niet genoeg is dan geeft het u de technieken om de te verwachten ellende beter te kunnen doorstaan.


zaterdag 13 januari 2024

23.7 Tenslotte

 Volgens de stoïcijnen bestaat er een fundamenteel verschil tussen subjectieve en objectieve feiten. Tussen de dingen die wij als mens ervaren en de eigenschappen die de buitenwereld werkelijk heeft. In ons bewustzijn verschijnen niet de dingen zoals ze werkelijk zijn, maar een voorstelling die door de inwerking van de buitenwereld op onze zintuigen door onze hersenen wordt gemaakt. We zitten dus eigenlijk allemaal opgesloten in ons eigen privé theater, kijkend naar de voorstelling die ons wordt voorgeschoteld. Die voorstelling noemden de stoïcijnen een ‘fantasia’. Het is echter lang niet zeker dat die ‘fantasie’ ook een correct beeld van de werkelijkheid geeft. Eigenlijk had Plato best wel een punt met zijn allegorie van de grot. De werkelijkheid zoals wij die ervaren is niets meer dan schaduwen op de wand van een donkere grot.

Toch mogen we er vanuit gaan dat dat beeld wel min of meer klopt. Alleen al het feit dat we ons in de wereld kunnen handhaven ‘bewijst’ dat ons wereldbeeld niet al te veel van de werkelijkheid kan afwijken. Als we een holenleeuw (om maar eens iets anders te noemen dan die eeuwige sabeltandtijger( niet van een poesje hadden kunnen onderscheiden, zouden er geen mensen meer hebben bestaan. Volgens de stoïcijnen kunnen we door gebruik te maken van onze rationele vermogens een heel aardig, rationeel en objectief kloppend beeld van de werkelijkheid verkrijgen.

Het helpt daarbij dat de natuur fundamenteel logisch en redelijk in elkaar lijkt te zitten. Veel nieuwe wetenschappelijke inzichten zijn begonnen als een logisch wiskundige hypothese, die pas later door waarnemingen en experimenten bevestigd is. Het rationele redeneren gaat vaak aan de waarneming vooraf. Het is vreemd, maar dat wijst er op dat de werkelijkheid misschien wel echt rationeel in elkaar steekt. Die fundamentele redelijkheid van de werkelijkheid maakt volgens de stoïcijnen dat de mens met zijn eigen redelijke vermogens een acceptabel beeld van die werkelijkheid kan vormen. Met die stoïcijnse werkelijkheid is wel iets bijzonders aan de hand. Hij is zich volgens de stoïcijnen namelijk bewust van zijn eigen bestaan. Een bewustzijn dat de gehele kosmos maakt tot wat de stoïcijnen god noemen. De stoïcijnse godheid wordt daarmee door en door materieel. Hij is geen transcendente ziel of geest, maar iets werkelijks. Namelijk het allesomvattende. De stoïcijnse god bedot de rationele mensen en daarmee zichzelf, niet en ‘zorgt’ er voor dat de mensen een redelijk kloppend beeld van de werkelijkheid hebben.

De oude stoïcijnen dachten dat waarzeggerij mogelijk was, maar voor zover bekend kent de Stoa geen echte mystieke traditie. Toch heeft de stoïcijnse theorie van de materie en logos of pneuma veel mystieke tradities geïnspireerd tot hun meestal nogal wilde theorieën. Het stoïcisme is een aardse filosofie die zich nauwelijks met mystiek bezighoudt. Toch biedt het stoïcijnse leerstuk van een bewust universum weldegelijk openingen voor mystieke ervaringen. In deze les heeft u dan ook een oefening aangetroffen die u kan helpen bij het ervaren van een mystieke eenheidservaring. In het volgende hoofdstuk duiken we nog dieper in de mysterieuze krochten van de menselijke ziel: we gaan onze sterfelijkheid van dichterbij bekijken.


zondag 7 januari 2024

Volg uw hart, of toch maar liever niet.

 ‘Volg uw hart; Doe wat uw gevoel u ingeeft!’ Dit soort adviezen zijn tegenwoordig overal te horen. Denk bij de keuze van uw opleiding, uw beroep of uw levenspartner vooral niet te veel na, maar doe wat uw hart u ingeeft. Laat u door uw emoties leiden, dan komt alles in orde. Iets anders hoort u nauwelijks meer. Zelfs journalisten vragen niet meer: “Wat denkt u ervan?", maar "Wat voelde u toen het gebeurde?". Alles draait om emoties. De ratio staat in een kwaad daglicht. Nadenken en rationele oordelen lijken synoniem met ongevoelig, saai en grijs. Stoïcijnen zijn anders. Ze willen juist dat u wel nadenkt en niet zomaar achter uw gevoel aanrent. Voor stoïcijnen zijn ook gevoelens een vorm van denken of oordelen. Een meestal nogal slechte en rommelige vorm van denken. Dat dan weer wel. Ze weten dat u, ook als u zich door uw gevoelens laat leiden, een oordeel velt. Misschien dat u zich niet bewust bent dat u dat doet. Toch velt u ook als u op uw gevoel afgaat weldegelijk een oordeel. Dit zijn dan wel onbewuste oordelen die niet al te rationeel in elkaar steken, maar het zijn desalniettemin oordelen.


De stoïcijnen verkondigen dus dat uw emoties niets meer of minder zijn dan oordelen over wat u overkomt. Misschien niet altijd bewuste oordelen waar u de tijd voor hebt genomen en die u doordacht hebt, maar toch gewoon oordelen. Uw lichaam maakt in een fractie van een seconde een berekening en zadelt u op met een onbewust oordeel over de situatie waarin u verkeert. Dat oordeel voelt u letterlijk in uw lichaam: dat en niet meer dan dat zijn wat we doorgaans gevoelens noemen. Dit stoïcijnse inzicht is in strijd met wat de publieke opinie u wil doen geloven. Volgens die heersende opinie zijn uw gevoelens precies datgene wat u uniek maakt. Uw gevoelens zijn geheimzinnige, intuïtieve of zelfs spirituele inzichten. Klinkklare onzin volgens de stoïcijnen en het lijkt erop dat ze daar nog gelijk in hebben ook. 


Wetenschappelijke inzichten in de werking van onze lichamen en hersenen suggereren dat onze gevoelens geen unieke puur menselijke spirituele eigenschap zijn. De zo gewaardeerde gevoelens zijn gewoon biochemische processen die alle dieren gebruiken om snel de meest geijkte mogelijkheden om te overleven en zich voort te planten in te schatten. Gevoelens zijn niet gebaseerd op intuïtie, inspiratie of vrijheid, ze zijn gebaseerd op berekening. Als een aap, een mus of een mens een slang ziet, voelt hij angst omdat miljoenen neuronen in de hersenen snel de relevante gegevens nalopen en daaruit de berekening hebben gemaakt dat dit best wel eens dodelijk zou kunnen aflopen. Gevoelens van seksuele lust of liefde als u die term prefereert, zijn het gevolg van weer andere biochemische calculaties die concluderen dat een nabij individu duidelijke mogelijkheden biedt voor een succesvolle paring, een sociale band of een ander wenselijk doel. Voor morele gevoelens is dat niet anders. Ethische gevoelens als verontwaardiging, schuldgevoel of schaamte komen voort uit neurale mechanismen die zijn geëvolueerd om samenwerking in groepen mogelijk te maken.


Al die biochemische algoritmes zijn het resultaat van miljoenen jaren evolutie. Als de gevoelens van een verre voorzaat fouten maakten, haalden de genen die die gevoelens genereerden de volgende generatie niet. Met andere woorden, de voorzaat eindigde als lunch voor een sabeltandtijger en kon zich niet voortplanten. Gevoelens zijn dus niet het omgekeerde van rationaliteit maar een belichaming van evolutionaire rationaliteit.


Dat gevoelens oordelen zijn beseffen we meestal niet, omdat het snelle calculatieproces dat tot het oordeel leidt zich buiten ons bewuste waarnemingsveld afspeelt. We merken niet dat de miljoenen neuronen in onze hersenen in een oogwenk een kansberekening uitvoeren over ons voortbestaan of onze voortplanting. Daarom geloven we ten onrechte dat onze angst voor slangen en onze voorkeur voor een bepaalde sekspartner voortvloeien uit een mysterieuze onfeilbare gevoelswereld. 


Zo heeft de natuurlijke selectie ons nu eenmaal gemaakt of we het nu leuk vinden of niet. Net als alle andere dieren gebruiken ook wij onze emoties om snel cruciale beslissingen te kunnen nemen. We hebben onze woede, angst en lust geërfd van miljoenen voorouders, die allemaal de onverbiddelijke kwaliteitscontrole van de natuurlijke selectie hebben doorstaan. We zitten er dus faliekant naast als we denken dat onze gevoelens een weerspiegeling zijn van wie we werkelijk zijn. In de moderne maatschappij loopt het afgaan op onze gevoelens steeds vaker op een mislukking uit. Wat honderdduizend jaar geleden goed was voor ons voortbestaan en de voortplanting op de Afrikaanse savanne leidt niet per se tot verantwoordelijke keuzes in de eenentwintigste- eeuwse maatschappij. 


Het stoïcisme vraagt van u dat u zich bewust bent van de dilemma’s die onze biologisch ingebakken gevoelens tot gevolg hebben. Meestal werkt het vertrouwen op ons gevoel in praktisch opzicht best goed, maar daar kunt u niet zomaar vanuit gaan. Het is dan ook belangrijk om te leren om uw biochemische eerste reactie even opzij te zetten en bewust na te denken of uw gevoel u wel tot de beste keuze brengt. Zorg er voor dat uw ‘hegemonikon’ altijd het laatste oordeel heeft en laat u niet te snel meeslepen door wat uw gevoel u zegt. De wet van de moderne stadsjungle heeft nu eenmaal heel andere regels dan de wet van de Afrikaanse savanne waar uw gevoelens zich nog steeds op baseren.


zaterdag 6 januari 2024

23.6 Een mystieke eenheidservaring

 Een stoïcijn probeert zich zelf al te bevrijden uit de stroom dagelijkse gebeurtenissen door zich volledig te richten op de onveranderlijke realiteit van het nu. Hiervandaan is het maar een kleine stap naar een ervaring van een onderliggende totale bestaanseenheid, een broederschap van alle wezens, van alle gezichten waarin de kosmos zich uitdrukt. Het verlies van een gevoel van persoonlijke individualiteit en het verwerven van toegang tot de onderliggende 'goddelijke logos' heeft veel weg van de ervaringen die mystici zeggen te ondergaan. Met het leegmaken van zichzelf, van alles wat afleidt, van alle 'indifferente zaken' bereidt de mysticus zich voor op een ontmoeting met de onderliggende realiteit van het bestaan. In die leegte kan het plotselinge inzicht ontstaan, het gevoel één te zijn met de kosmos, het gevoel deel te zijn van de geest van god.

Als je je niet beperkt tot de fantastische ethiek van de Stoa, maar de totaliteit van zijn logica, fysica en theologie omarmt wordt de conclusie dat de o zo streng materialistisch lijkende stoïcijnse filosofie in wezen mystiek is, misschien niet meer zo heel raar. Ook Socrates had mystieke ervaringen, zoals blijkt uit zijn beschrijving van zijn contacten met een ‘daemonion’, die hem in alles adviseerde en bijstond. Uitgaande van de gedachte dat het universum een zelfbewust geheel is, is het geen grote stap naar het idee dat ook andere kleinere onderdelen van dat geheel een bewustzijn kunnen hebben. Mensen zijn tenslotte zelf ook zo’n kleiner onderdeel van het universum. Strikt genomen is het dan niet langer onlogisch te denken dat wezens als aliens en ‘daimonions’ in elk geval in theorie tot de mogelijkheden behoren.

Hoe kan een stoïcijn mystieke ervaringen hebben en is het wel aan te raden om dergelijke ervaringen te zoeken? Een leven volgens de stoïcijnse principes leidt tot 'logos'. In de innerlijke rust die u hierbij als stoïcijn verwerft ontstaat de ruimte om u te openen voor dingen die u zelf overstijgen. In die stilte kan het andere zich kenbaar maken, en kan u ervaren dat u deel uitmaakt van de kosmos. Hierbij kunt u de verbondenheid met alle andere bewuste wezens voelen. In plaats van de 'virtuositeit' alleen als een abstractie te kennen leert u het kennen als een levende uw persoonlijkheid veranderende waarheid. Het zoeken van esoterische ervaringen voor de kick heeft geen nut, maar het gevoel van eenheid met de kosmos en alle wezens die daarin voorkomen zou u een transformerende directe kennis van de 'logos' op kunnen leveren.

Uit de late oudheid is ons een meditatietechniek overgeleverd die de bedoeling had om de beoefenaren te leren contact te leggen met het soort universele bewustzijn waar we het hierboven over hebben gehad. Mocht u zich willen verdiepen en deze mystieke kant van het stoïcisme dan zou deze meditatietechniek een goed begin zijn. Om meer over deze techniek te weten te komen, moeten we eerst even een uitstapje maken naar de beroemde bibliotheek van Alexandrië. Deze bibliotheek was meer dan alleen een verzameling boeken. Het was een studiecentrum en universiteit waar geleerden van over de hele toen bekende wereld naartoe kwamen. In die bibliotheek werden ook boeken vertaald uit het destijds nog niet zo lang bestaande boeddhisme en ook de toen al legendarische hindoeïstische boeken waren te raadplegen. Er werd volop gediscussieerd en lesgegeven. En natuurlijk werd er naast allerlei wetenschappen, mystieke tradities en filosofische stromingen ook les gegeven in de stoïcijnse filosofie. In de vierde eeuw na Christus kregen de christen fundamentalisten echter de overhand in Egypte en werd de als heidens aangemerkte bibliotheek in brand gestoken. De laatste bibliothecaresse Hypathia werd door de christenen gestenigd en in stukken gescheurd. Dat Hypathia niet alleen een vooraanstaand geleerde maar ook nog eens een vrouw was maakte het in hun ogen allemaal nog veel erger. Een in hun ogen uitstekende reden om de toorn van hun wraakzuchtige en wrede god over de intellectuelen van hun tijd af te roepen.

Toch heeft de Oosterse en stoïcijnse filosofie weldegelijk invloed gehad op deze christelijke barbaren. De stoïcijnse geleerden uit Alexandrië hadden onder invloed van boeddhistische geschriften een al bestaande meditatietechniek weten te perfectioneren. Deze zogenoemde 'Anachoresis techniek’ vormde later de basis van een psychosomatische gebedspraktijk die populair werd onder dezelfde woestijnvaders (ook wel anachoreten genoemd) die later Hypathia lynchten en haar boeken verbrandden. De praktijk kwam terecht in de traditie van het Hesychasme. Het woord Hesychasme is afgeleid van het Griekse ‘hesychia’ wat rust stilte en onbewogenheid betekent. Het is een gebedspraktijk uit de beginperiode van de orthodox christelijke traditie waarbij getracht wordt de menselijke ratio het zwijgen op te leggen om een toestand van innerlijke mentale stilte te bereiken.

Het Griekse woord 'Anachoresis' betekent het je terugtrekken in jezelf. Deze meditatietechniek wordt bij de Romeinse stoïcijnen genoemd, maar in de overgebleven geschriften nergens echt uitgewerkt. Zo heeft Marcus Aurelius het in zijn vierde dagboek (Dagboeken Hoofdstuk 4.3) over ‘anakhôrêsis eis heauton’. Het je terugtrekken in jezelf. Er wordt op een groot aantal plaatsen in de overgeleverde teksten verwezen naar een heel scala aan technieken, maar een volledige omschrijving van bijvoorbeeld de 'Anachoresis meditatie’ is helaas nergens te vinden. De beste benadering lijkt in de op dit punt sterk door het stoïcisme beïnvloede Hesychastische traditie te liggen.

Maar wat moet een stoïcijn eigenlijk met zo’n esoterische meditatie? Een stoïcijn probeert een leven in overeenstemming met de natuur te leiden. Dat werd je in het oude Rome net zo goed als tegenwoordig behoorlijk moeilijk gemaakt. Een druk leven volgepropt met werk, vermaak en sociale verplichtingen en dat alles te midden van een hectische maatschappij is tegenwoordig eerder regel dan uitzondering. In de Romeinse tijd was het leven in één van de grote steden niet veel anders. Een leven dat allerlei ongemakken en zowel lichamelijke als psychische aandoeningen met zich meebrengt vraagt om een tegenwicht.

Een dergelijk tegenwicht was de 'Anachoresis meditatie’ die gericht was op het herstel van het contact met zowel de menselijke natuur van het individu als het contact met de universele natuur. Deze spirituele meditatie probeert in vier stappen het contact met de natuur of de logos te herstellen. In die tijd werd de logos, zoals we bij Posidonius zagen, vaak ingedeeld in een materieel deel (de hexis), een plantaardig deel (de phusis), een dierlijk deel (de psuchê) en een menselijk deel (de ultieme logos). De dode natuur bestaat dan alleen uit ‘hexis’, de planten uit zowel ‘hexis’ als ‘phusis’ (groeikracht), dieren krijgen daar dan nog de ‘psuchê (gevoel) bij en de mens en eventuele andere ‘hogere’ wezens zoals de goden en demonen voegen daar dan nog de ‘logos’ (de geest, het denkvermogen) aan toe.

Hieronder bied ik u een vagelijk, op de Hesychastische traditie gebaseerde meditatie aan. Er bestaat geen enkel bewijs dat de stoïcijnen deze meditatie echt zo uitvoerden. Alles hangt van losse aanwijzingen uit de literatuur en, soms nogal wilde aannames van mijn kant, aan elkaar. De wetenschappelijke basis van wat nu volgt is dan ook wankel. Ik heb in elk geval het gevoel dat de hier gegeven routine niet al te ver van een originele stoïcijnse 'Anachoresis' afligt.

De stoïcijnen denken dat het ‘hegemonikon’ het enige deel van het menselijk bestaan is waar je echt invloed op kunt uitoefenen. Met de 'Anachoresis meditatie’ willen ze hun concentratievermogen en daarmee hun controle over het ‘hegemonikon’ trainen. Ze willen leren hun gedachten en oordelen zoveel mogelijk zelf in de hand te houden. Het zal niet meteen lukken, maar door regelmatig een oefening als de 'Anachoresis meditatie’ te doen zult u die vaardigheid langzaam maar zeker steeds beter gaan beheersen.


Oefening: de 'Anachoresis-meditatie'

Zoals bij de meeste meditaties moet u eerst een rustige plek opzoeken waar u zich veilig en geborgen voelt. De temperatuur moet aangenaam zijn. Niet te koud, maar zeker ook niet te warm. U moet niet doezelig worden, maar ook niet zitten bibberen. Verzeker u ervan dat u het komende half uur niet gestoord zult worden. Zet uw telefoon uit en laat het ‘world wide web’ maar een poosje aan zichzelf over.

Het eerste deel van de 'Anachoresis' richt zich op het lichaam gesymboliseerd door de 'hexis', de materie. Volgens de stoïcijnen heb je je lichaam slechts heel beperkt onder controle. Dat neemt echter niet weg dat je er wel zo goed mogelijk voor moet zorgen. Ga rechtop zitten. Dat kan op een stoel met rechte leuning, maar mag ook op een meditatiekussen of de grond. Zolang u maar aangenaam en met een rechte rug zit. Overdrijf niet, u bent geen militair die in de houding staat, maar ontspan uw spieren. Loop uw hele lichaam van kruin tot voeten langs en probeer u zo veel mogelijk te ontspannen. Probeer u een tijdje op uw lichaam, op uw massa, op uw minerale bestaan te concentreren.

In het tweede deel van de 'Anachoresis' gaat de aandacht uit naar de ‘phusis’. Naar het feit dat u leeft, groeit en een bepaalde levende vorm hebt. Ook over uw ‘phusis’ hebt u nauwelijks controle. U kunt proberen het goed te onderhouden, maar meer niet. U bent u hier extra bewust van uw houding en van het levend zijn van het organisme dat u bent. Concentreer u op het moment. Op het nu. U kunt niets met het verleden, maar ook niets met de toekomst. U bent hier en nu, dat is alles wat er is. U bestaat, u leeft. Wat is het dat u laat groeien? Wat betekent het om een levend wezen te zijn? Wees u bewust van uw kwetsbaarheid en uw sterfelijkheid. Eén moment van onoplettendheid in het verkeer, een verkeerde bacterie op het verkeerde moment op de verkeerde plek, meer is er niet nodig om u te verwonden of te doden.

In het derde deel van de 'Anachoresis' verschuift de aandacht naar de ‘psuchê’, naar uw gevoel. Wat dringt er van de buitenwereld door tot uw geest? Geef aandacht aan alles wat u ziet, hoort, ruikt, proeft en voelt. Langzaam verlegt u de aandacht van uiterlijke indrukken naar uw innerlijke gewaarwordingen. Wat gebeurt er in uw lichaam? Wat gebeurt er in uw binnenwereld? Wat voelt u? Hebt u ergens pijn of jeuk? Merk uw ademhaling op, misschien voelt u uw hartslag. In de oudheid was de adem (de pneuma) het medium waarlangs de informatie uit de buitenwereld in de binnenwereld van de geest terechtkwam. U kunt uw aandacht een poosje op uw ademhaling richten en die rustiger maken. Daardoor zult u merken dat ook uw hartslag rustiger wordt. Bekijk alles alsof het niet van u is, maar alsof het ergens anders gebeurt. Over de ‘pshuchê’ hebt u volgens de stoïcijnen al iets meer controle dan over de eerste twee delen.

In het vierde deel van de 'Anachoresis' wordt de aandacht gericht op de ‘logos’, de gedachten. Ook hier neemt u een stapje terug en kijkt u naar de heksenketel van uw denken. Laat alles maar komen en laat uw gedachten maar over elkaar heen buitelen. Het is een permanente stroom van gewaarwordingen die niet gestopt kan worden, maar wel gestuurd. Bekijk ze van een afstandje, wees er bewust van dat ze bestaan en als uit het niets in u lijken op te komen, maar laat ze u niet meevoeren. Er is een verschil tussen u bewust zijn van een gedachte en u vereenzelvigen met die gedachte. Hierbij kijkt u ook naar uw emoties. Bent u vrolijk of verdrietig? Rustig of juist gestrest? Besef u dat het niet meer dan gedachtes, oordelen over een gebeurtenis zijn. Wees u ervan bewust, maar laat ze niet een volgende gedachte uitlokken.

Alleen dat wat de stoïcijnen het ‘hegemonikon’ noemen, uw denken, uw oordeelsvermogen is echt van u. Bekijk eens wat dat betekent. Kunt u in deze fase uw gedachten, oordelen en emoties een beetje tot rust laten komen. Met wat oefening zou u ze misschien zelfs kunnen richten. U kunt u dan beter ergens op concentreren, zonder dat uw gedachten meteen weer met u op de loop gaan. U kunt dan misschien zelfs even rationeel nadenken in plaats van direct vanuit uw onderbuik te oordelen over wat er om u heen gebeurt. U kunt misschien ook gaan beseffen dat uw emoties niets anders zijn dan een oordeel over de wereld. Oordelen en gedachtes waar u zich alleen maar van bewust bent, zijn licht. Ze vervliegen, zweven weg en worden vervangen door nieuwe gedachten. Gedachten die u zich eigen maakt en waar u mee instemt daarentegen zijn zwaar, ze blijven hangen en worden opgevolgd door een stroom van gerelateerde gedachten en emoties.

Als u uw gedachten en emoties heeft weten te relativeren, kunt u zich in de laatste fase van deze meditatie richten op de gedachte dat uw bewustzijn onderdeel uitmaakt van iets groters. Niet alleen u bent bewust. Er zijn miljarden mensen die zich net als u ook van zichzelf en hun omgeving bewust zijn. Misschien bestaan er naast ons mensen nog wel andere wezens, aliens of demonen, die ook een vorm van bewustzijn kennen. Probeer aan het idee te wennen dat al die wezens samen een zee van bewustzijn vormen. Bedenk dat die zee van bewustzijn nog maar een klein stukje vormt van een enorm complex universum. Een universum dat weet heeft van zijn eigen bestaan. Laat vervolgens het besef tot u doordringen dat u een centrum van bewustzijn bent dat deel is van dat allesomvattend universeel bewustzijn. U zou als een soort mantra bij uzelf kunnen herhalen: ‘Ik ben een centrum van bewustzijn, deel van het universele bewustzijn en besta onafhankelijk van mijn lichaam, emoties en gedachten’.


Gek genoeg zijn mystieke ervaringen volledig consistent met een materialistische filosofie als het stoïcisme. Het zou dan ook kunnen dat mystieke ervaringen het natuurlijke gevolg zijn van het volledig toepassen van de stoïcijnse principes. Als het mystieke u aantrekt, biedt dus zelfs het stoïcisme u een opening, maar om te profiteren van de filosofie is het volkomen overbodig.