zaterdag 12 november 2022

14.1 De stoïcijn in actie

DEEL IV STOÏCIJNSE DAADKRACHT LES 14 DE STOÏCIJN IN ACTIE

 Als een leerling eenmaal geleerd heeft waar hij controle over heeft en hoe hij de gebeurtenissen in de wereld het best kan beoordelen, en als hij eenmaal beseft dat hij zijn verlangens en angsten onder controle kan hebben, wordt het tijd om in actie te komen. Met de ‘topoi’ van het juiste oordeel en het juiste verlangen kan de stoïcijn in opleiding een soort van rudimentaire sereniteit veroveren, maar dat is niet genoeg. Een stoïcijn zit niet in een klooster of in de tuin van Epicurus, hij staat midden in het leven. Er wordt van hem verwacht dat hij naar vermogen zijn bijdrage aan de maatschappij levert. Een maatschappij die vol zit met vervelende, egoïstische, agressieve en domme mensen. De discipline van de juiste handeling moet hem leren hoe hij dat het best kan doen, zonder die moeizaam verworven sereniteit onmiddellijk weer kwijt te raken. Marcus Aurelius verwoordde het als volgt:

“Vertel jezelf iedere nieuwe dag: Vandaag zal ik allerlei mensen ontmoeten, de bemoeial, de ondankbare, de gulzigaard, de bedrieger, de afgunstige, de egoïst. Ze zijn zo omdat zij niet goed hebben leren oordelen en niet weten wat goed voor hen is. Maar ik heb dat wel geleerd en weet wat het onderscheid tussen goed en kwaad is. Bovendien heb ik de natuur van de slechte mens doorgrond en ontdekt dat wij eigenlijk hetzelfde zijn, niet omdat wij van hetzelfde bloed en hetzelfde zaad zijn, maar omdat wij allebei het vermogen tot redelijk denken en oordelen hebben. Ik kan door geen van hen gekwetst worden, want wat lelijk is, raakt mij niet. Ik kan niet boos worden op mijn naaste of hem haten, want wij moeten samenwerken, zoals de voeten, de handen, de oogleden en de tanden dat doen. Daarom is het in strijd met de Natuur om elkaar tegen te werken, ons aan elkaar te ergeren of een afkeer van elkaar te hebben.” (Marcus Aurelius, Meditaties, Boek II-1).

Komt u vast heel bekend voor, niet waar? Ook u bent omringt met ondankbare, domme, egoïstische en vervelende mensen die maar niet begrijpen wat ze moeten doen en hoe ze dat moeten doen. Toch heeft u Marcus dan, net als ik toen ik het voor het eerst las trouwens, niet goed begrepen. Hij richt zich niet tot die vervelende mensen om ze te bekritiseren. Hij richt zich tot zichzelf. Hij spoort zichzelf aan om alle mensen ongeacht hun gedrag op een virtuoze manier tegemoet te treden. De stoïcijnen willen niet dat u uw buren lief heeft of dat u uw vijand uw andere wang toekeert. Ze willen dat u zich gaat realiseren dat zowel uw buren als uw vijanden onderdeel van dezelfde universele van zichzelf bewuste natuur zijn. Ze willen dat u beseft dat u afhankelijk bent van en onlosmakelijk verbonden bent met de rest van de mensheid. Een vriendelijke en welwillende opstelling tegenover uw medemens is in de ogen van een stoïcijn dus hetzelfde als een vriendelijke opstelling tegenover uzelf. U moet niet aardig tegen uw medemens zijn omdat die op u lijkt, nee u moet aardig zijn omdat hij u is.

Dat betekent voor u als leerling stoïcijn dat u moet leren om ook de mensen waar u een hekel aan hebt op een vriendelijke en aardige manier te bejegenen. En dan dus niet uit een soort christelijk gevoel van naastenliefde, maar doordat u beseft in hetzelfde schuitje te zitten als die akelige ander. We delen allemaal dezelfde fundamentele menselijke natuur en maken deel uit van dezelfde universele natuur. Hierdoor delen we ook het vermogen tot rationeel denken. Ongeacht de vraag hoe we daar gebruik van maken. De discipline van handelen moet de leerling leren om virtuoos om te gaan met alle mensen, ook de moeilijke. Ook dit is weer niet een makkelijk taak. In tegenstelling tot het gangbare beeld van de kille afstandelijke stoïcijn, is een stoïcijn dus juist een heel vriendelijk en warme persoonlijkheid.

Een bijkomend gevolg hiervan is dat er voor een stoïcijn geen echt slechte mensen bestaan. Het kwaad bestaat niet. Er zijn alleen maar mensen die ziek zijn of in verwarring zijn over wat nu werkelijk hun welzijn bevordert. Mensen die hun reptielenbrein achterna lopen en daarmee hun hersenschors en vermogen tot rationeel nadenken verwaarlozen. Deze mensen moeten niet bestraft en uitgesloten worden, maar genezen en onderricht. Misschien dat ze daarvoor tijdelijk geïsoleerd en uit de maatschappij moeten worden gehaald, maar het gaat er in de eerste plaats toch om ze te helpen een beter mens te worden. Het klinkt nogal soft, maar uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een dergelijke aanpak van criminaliteit inderdaad de minste recidive met zich meebrengt en de grootste kans heeft om van de crimineel een braaf burger te maken. Deze softe stoïcijnse aanpak blijkt nu net de beste bescherming van u, uw naasten en de maatschappij te zijn.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten