zaterdag 29 oktober 2022

Een stoïcijnse schoonheidsbehandeling

 Woede is een lelijke passie. Niet alleen figuurlijk maar zoals Seneca het in één van zijn drie boeken ‘Over de Woede’ beschreef ook letterlijk:

Wijd open uitpuilende ogen, een bloed rood aangelopen gezicht, bevende lippen, knarsende tanden, rechtopstaande haren, een hijgende ademhaling, krakende botten, grommen en zuchten, onverstaanbaar en afgebroken praten, gebalde vuisten, stampvoeten, trillen en wild zwaaien, een opgezwollen en gruwelijk gezicht, je weet niet of je deze passie eerder slecht of lelijk zou moeten noemen.

Seneca houdt zijn tijdgenoten hier een spiegel voor. Hij schrijft voor een samenleving waarin geweld heel gewoon en geaccepteerd was. Sterker nog geweld en boosheid werden verheerlijkt en als een passende emotie gezien bij alles waarbij je je zin niet kreeg. Als je je tekort gedaan voelde of, erger nog, in je eer was aangetast dan was woedende wraak de enig mogelijke reactie. Althans in de ogen van de gemiddelde klassieke Griek en Romein. De stoïcijnen dachten daar heel anders over. Seneca wijst erop dat je als je eenmaal in de klauwen van de woede terecht komt je daar niet zomaar weer aan kunt ontsnappen. Het eerste slachtoffer van de woede ben je altijd zelf.

Volgens Seneca zijn woede en agressie een primitieve emotie. Een automatische dierlijke reactie van iemand die zichzelf niet in de hand heeft en onvoldoende nadenkt. Psychologisch en rationeel zwakke personen bijten van zich af bij de kleinste provocatie. Een aangetast eergevoel, een gekwetste narcistische eigendunk, een verloren wedstrijd of verkiezing. Allemaal situaties waarin woede en wraak opgang doen.

In stoïcijnse ogen zijn het verkeerde waardeoordelen die tot een akelige en vaak zelfs gevaarlijke passie leiden. De lijders aan deze passie hechten waarde aan zaken die in werkelijkheid onbelangrijk zijn en geen enkele rol zouden mogen spelen bij de rationele overwegingen van de betreffende persoon. Dit betekent echter ook dat niet alleen de irrationele woede aanvallen van een driftkikker worden afgewezen. Nee, ook de verontwaardiging over een onrecht valt volgens de stoïcijnen onder de passie woede. Verontwaardiging over onderdrukking, uitbuiting, oorlogen, discriminatie, ongelijkheid, honger en wat niet meer zijn het gevolg van de passie woede. Maar nu zult u misschien opmerken dat een dergelijke verontwaardiging helemaal niet verkeerd is. Verontwaardiging over onrecht is wat ons stimuleert om actie te ondernemen. Zonder die verontwaardiging zou immers niemand iets doen om een einde aan al die onrechtvaardige situaties te maken. Woede is hier de motor van ons handelen.

Kunnen we onze woede niet kanaliseren en op een slimme manier inzetten voor het goede doel? Geeft het ons niet de energie en motivatie om in actie te komen? Volgens de stoïcijnen bestaat er niet zoiets slimme woede. Als je je overgeeft aan woede ren je onvermijdelijk de steeds steilere helling van Chrysippus af. Verontwaardigheid wordt boosheid en boosheid leidt tot een woeste niets ontziende woede. Seneca zegt dan ook dat er niet zoiets bestaat als ‘goede’ woede. Toch is zelfs een stoïcijnse wijze niet helemaal vrij van woede. Er is immers nog altijd de onvermijdelijke pre-emotie. Deze pre-emotie kan gebruikt worden als een aanwijzing dat er iets aan de hand is waarop gereageerd moet worden. Die reactie mag echter nooit leiden tot meer woede. En is het niet zo dat een doordachte en rationele reactie doorgaans niet tot betere resultaten leidt dan een woedende impulsieve uitbarsting. Door uw woede in toom te houden kunt u slimmer reageren op een vervelende situatie en er bovendien ook nog eens mooier uitzien.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten