zaterdag 22 oktober 2022

Emoties komen in drie smaken

 Als trouwe lezer van dit blog zou u de indruk gekregen kunnen hebben dat het stoïcisme zich vooral bezighoudt met het zo rigoureus mogelijk uitroeien van emoties. Dat klopt niet helemaal, of eigenlijk helemaal niet. Naast de drie smaken onderscheiden de stoïcijnen vier basisemoties: verlangen, angst, genot en verdriet. In een eerder blog heb ik dit voor het gemak de vier B’s genoemd: begeerte, bangheid, blijheid en bedroefdheid. Al de andere emoties zijn hier in hun ogen een variant op, of een combinatie van deze vier emoties. Het is een veel gehoord en eigenlijk ook wel begrijpelijk misverstand dat stoïcijnen hun emoties proberen te onderdrukken. Het gaat gelukkig om een misverstand. Stoïcijnen hebben niets tegen emoties. Ze proberen er alleen voor te zorgen dat u zo weinig mogelijk vervelend emoties ondervindt en juist zoveel mogelijk prettig emoties ervaart.

De stoïcijnen dachten dat er drie smaken emoties waren: pre-emoties, passies en goede emoties of ‘eupatheiai’. Met passies bedoelden ze dan de vervelende en pijnlijke emoties die je het leven behoorlijk zuur kunnen maken. Die passies zijn de net genoemde vier B’s en hun varianten. Begeerte en angst (bangheid) gaan dan over in de toekomst gelegen goede en slechte gebeurtenissen. Genot (blijheid) en verdriet (bedroefdheid) gaan dan over in het heden gelegen goede en slechte gebeurtenissen. De stoïcijnen zijn er bovendien van overtuigd dat al onze emoties cognitief zijn. Dat betekent dat een emotie het gevolg is van een bewust of onbewust geveld oordeel over een bepaalde gebeurtenis. We oordelen dat een bepaalde situatie goed of slecht voor ons is en verbinden daar dan vervolgens onmiddellijk een in onze ogen passende emotie aan. Deze op ons geloof gebaseerde emotie motiveert ons dan weer om iets te doen of juist na te laten.

U gelooft dat die op u af stormende tijger slecht is voor uw gezondheid en verbindt daar de emotie angst aan. Of u gelooft dat dat gebakje in de vitrine van de banketbakker erg lekker is en verbindt daar de emotie verlangen aan. Het oordeel of geloof dat tot een emotie leidt is het gevolg van een impressie uit de buitenwereld. Een impressie waar u al dan niet bewust mee instemt. U kiest ervoor om te oordelen dat die situatie ook inderdaad is zoals hij u toeschijnt te zijn. Die instemming is een vrijwillige handeling. Wat betekent dat ook de daaraan verbonden emoties een min of meer bewuste en vrijwillige keuze zijn. Emoties zijn dingen die we actief doen, geen dingen die we passief ondergaan. Uw emoties zijn uw eigen keuzes.

U bent kwaad omdat u de indruk hebt dat u een onrecht is aangedaan. Maar is die woede het rechtstreekse gevolg van die impressie of speelt uw geest hier nog een eigen rol? Moet u instemmen met een oordeel voordat uw woede ook echt ontstaat? Het oordeel dat u een onrecht is aangedaan, dat dat onrecht niet had mogen gebeuren en dat de dader van dat onrecht gestraft moet worden is geen automatische reactie op de gebeurtenis. Zo simpel werkt de menselijke geest niet. U moet zich realiseren wat er gebeurd is, u moet de pijn voelen van het onrecht en daar verontwaardigd over raken, u moet de dader veroordelen en u moet er voor kiezen om genoegdoening te eisen. Dat zijn complexe gebeurtenissen die niet zomaar zonder medewerking van uw bewuste brein tot stand kunnen komen. Uw boosheid is niet iets wat u zomaar overkomt. U kiest ervoor om kwaad te zijn. Woede is geen blinde onvermijdelijke impuls. Het is het bewuste waardeoordeel dat er iets slechts is gebeurd en dat daar op een bepaalde manier op gereageerd moet worden.

Hetzelfde geldt voor alle andere emoties. Zowel de vervelende passies als de positieve goede emoties (eupatheiai).  Zoals u straks zal zien zijn de pre-emoties een ander verhaal. Emoties zijn volgens de stoïcijnen dus het rechtstreekse gevolg van een waardeoordeel. Maar een oordeel is niet altijd correct. Een oordeel kan kloppen of fout zijn. De stoïcijnen zeggen nu dat een passie, een vervelende emotie, per definitie het gevolg is van een verkeerd waardeoordeel. Als u zich overgeeft aan een passie hebt u per definitie een denkfout gemaakt. U hebt een bepaalde situatie ten onrechte als slecht of goed aangemerkt. U verbindt een vervelende emotie aan een gebeurtenis of object dat in werkelijkheid niet goed of slecht is. Het gaat waarschijnlijk om iets zonder echte waarde. Misschien wel iets wat u liever wel of niet had zien gebeuren, maar in wezen toch nog steeds iets dat niet doorslaggevend is voor het leiden van een gelukkig en goed (virtuoos) leven. En dat daarom door een stoïcijn als in principe onbelangrijk moet worden aangemerkt.

Door irrationele foute waardeoordelen te vellen komt u terecht in een uitzichtloze passie. Chrysippus waarschuwde zijn leerlingen dat het gevaarlijk kan zijn om een object of situatie verkeerd in te schatten. Chrysippus was een marathonloper en het is dan ook niet zo gek dat hij het vergeleek met een hardloper die van een heuvel af rent. In het begin kan onze renner nog wel stoppen, maar hoe verder hij doorrent hoe moeilijker het wordt om weer tot stilstand te komen. Uiteindelijk komt hij in een soort vrije val terecht waaruit geen terugkeer meer mogelijk is. De passie heeft hem volledig in zijn macht gekregen.

Het is niet alleen kommer en kwel met de stoïcijnse emoties. De meeste passies of slechte emoties hebben een goede tegenhanger; de eupatheiai of goede emoties. Deze eupatheiai zijn de tweede smaak van de stoïcijnse emoties. Het zijn de gezonde en prettige emoties die zich richten op virtuositeit en u aanzetten tot het worden van een beter en gelukkiger mens. De goede emoties zijn het resultaat van correcte kloppende waardeoordelen. Het zijn rationele reacties waarbij u de situatie goed hebt ingeschat. Het is natuurlijk onmogelijk om altijd een goede inschatting van de externe wereld te maken. De stoïcijnen dachten dat alleen de legendarische wijze daartoe in staat was. Dat lijkt een onhaalbaar ideaal maar voor een aankomend stoïcijn, en dat is iedereen, is het voldoende als u gewoon uw best doet om een kloppend oordeel te geven. Meer kan er niet van u verwacht worden.

De passies hebben dus een goede tegenhanger. Zo heeft de passie angst (bangheid) voorzichtigheid als tegenhanger. De passie genot heeft plezier als eupatheia en de passie begeerte heeft verlangen als spiegelbeeld. Alleen de passie bedroefdheid, de emotionele pijn, heeft geen tegenhanger. Emotionele pijn is voor de stoïcijnen altijd slecht en kent geen zachtere en wenselijke variant. Ik vermoed dat u nu in opstand komt. Die eupatheiai van de stoïcijnen zijn zo goed als synoniem met de passies! De gekozen woorden hebben een wat zachtere uitstraling. Maar wat is nu echt het verschil tussen begeerte en verlangen?

Hier wordt het ingewikkeld. In principe sluiten stoïcijnen geen enkele emotie uit. Het kan rationeel zijn om in een bepaalde situatie bang te zijn. Als er een hongerige tijger op u af komt stormen en u voelt geen angstgevoelens dan bent u geen stoïcijnse wijze, maar vermoedelijk een psychopaat. Onder bepaalde omstandigheden kunnen dus ook voor een stoïcijn vervelende emoties als angst en verdriet gepast zijn. Hij noemt ze anders en zal allerlei technieken inzetten om dat soort situaties minder vaak te laten voorkomen en minder ernstig te laten zijn. Maar dat neemt niet weg dat het virtuoos kan zijn om u soms aan een akelig gevoel bloot te stellen. Als u tot de rationele conclusie komt dat een bepaalde onprettige emotie gepast is, moet u dan ook niet gaan proberen die te onderdrukken. Hoe meer u zo’n gevoel probeert weg te drukken, hoe meer hinder u ervan zult ondervinden. U moet de aanwezigheid ervan accepteren. Het hoort er nu eenmaal bij om soms angstig of verdrietig te zijn. Niet alle ‘eupatheiai’ zijn dus prettig. ‘Eupatheiai’ zijn niets meer en niets minder dan correcte waardeoordelen over een bepaalde situatie.

Net als iedereen geeft ook een stoïcijn de voorkeur aan gezondheid boven ziekte, liefde boven eenzaamheid en genot boven pijn. Hij weet echter dat dit soort dingen niet essentieel zijn voor een goed en virtuoos leven. Het gaat om dingen die we niet in onze macht hebben en waar een stoïcijn van weet dat niet gegarandeerd is dat we er altijd in zullen slagen om ze te verkrijgen of vast te houden. Ook een stoïcijn zal genieten van een goed glas wijn, maar hij zal dat nooit als normaal en vanzelfsprekend beschouwen. Hij beseft dat het allesbehalve vast staat dat die wijn altijd tot zijn beschikking zal staan. Door zich dat te realiseren zal hij misschien zelfs nog wel meer van zijn Médoc genieten dan zijn hedonistische vrienden.

Als kritisch lezer zult u nog steeds niet helemaal overtuigd zijn. U zult terecht opmerken dat emoties doorgaans helemaal niet zo beredeneerd zijn als de stoïcijnen het doen voorkomen. De meeste emoties overkomen u gewoon, ze hebben niets te maken met een bewuste redenering. De stoïcijnen houden vol dat echte emoties toch echt het gevolg zijn van een bewuste of onbewuste redenering. Maar ze zullen u toch niet helemaal ongelijk geven, en hier komt de derde smaak van de stoïcijnse emoties om de hoek kijken. Er zijn drie smaken emoties. Echte voldragen emoties zijn het resultaat van een correcte of foutieve redenering, maar ze worden voorafgegaan door wat de stoïcijnen pre-emoties noemen. Ze erkennen dat de menselijke soort een systeem van autonome lichamelijke reacties op zijn omgeving kent. U moet hierbij denken aan rillen als u in koud water stapt, het snel terugtrekken van uw hand als u een hete pan aanraakt, wit wegtrekken als u schrikt of het blozen als u in verlegenheid wordt gebracht. Voldragen emoties zijn het gevolg van een waardeoordeel, maar deze pre-emoties zijn automatische lichamelijke reacties die niet te voorkomen zijn.

De pre-emoties zijn natuurlijk en vallen niet te voorkomen. Ze komen en gaan naar gelang de omstandigheden. Ze zijn relatief onschuldig, maar ze hebben wel het vermogen om u Chrysippus’ hellende pad van een passie op te duwen. Als u bewust of onbewust instemt met de foutieve indruk van een pre-emotie dan komt u onherroepelijk in een vrije val richting een vervelende emotie terecht. Ze kunnen natuurlijk ook het begin zijn van een goede passende ‘eupatheia’, maar dan is er natuurlijk geen enkel probleem. Dan zijn ze het gevolg van een juiste inschatting van de situatie en is de emotie per definitie een ‘eupatheia’. Zaken als wit wegtrekken, blozen, tranen, seksuele opwinding, trillen en zo meer; zijn allemaal automatische lichamelijke reflexen, noodzakelijk voor uw overleven, zijn allemaal pre-emoties en geen aanwijzingen voor een echte emotie. U hoeft zich dus absoluut niet te schamen voor dergelijke autonome reacties. Pas op het moment dat u instemt met het werkelijkheidsbeeld dat een pre-emotie u schets verandert die pre-emotie in een passie of ‘eupatheia’.

Deze stoïcijnse verdeling van emotionele aandoeningen in pre-emoties en echte emoties zijn geen antieke fantasie. In hedendaags neurologisch onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen de ‘low-road’ en de ‘high-road’ van emotionele neurologische netwerken. De ‘low-road’ of ook wel systeem 1 valt daarbij te vergelijken met wat de stoïcijnen pre-emoties noemen, en de ‘high-road’ of systeem 2 met wat ze als echte op een waardeoordeel gebaseerde emoties benoemen. De stoïcijnse emotietheorie van tweeduizend jaar oud is dus ook volgens moderne inzichten zo gek nog niet. Het stoïcisme is zeker geen filosofie die u van uw emoties wil beroven. Het wil dat u uw emoties met zorg kiest. Door dat te doen kunt u voorkomen om door een ongezonde passie meegesleept te worden, terwijl u wel van de geneugten van het leven kunt blijven genieten.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten