De stoïcijnen zeggen dat ons lijden volledig wordt bepaald
door wat we denken. Als u pijn hebt of zich ongelukkig voelt is dat voor de
volle honderd procent het gevolg van wat u denkt. Dat betekent niet dat de
stoïcijnen van mening zijn dat u ziekte, pijn en psychisch lijden aan uzelf te
wijten hebt. Dat is niet zo. Het mogen dan wel mentale processen zijn, maar dat
betekent nog niet dat u het zelf in uw macht hebt of u een ziekte krijgt of
niet. Het gaat om objectieve feiten waar u geen directe invloed op kunt
uitoefenen. Waar u wel invloed op hebt zijn uw oordelen over die feiten. Het stoïcisme
kan niet voorkomen dat u lichamelijke of psychische pijn voelt, het kan er wel
voor zorgen dat u uw negatieve waardeoordelen over die pijn bijstelt.
Stoïcijnen zijn geen koele kikkers die door niets geraakt
kunnen worden en als een standbeeld onaangedaan door het leven gaan. Een dergelijk
leven is alleen weggelegd voor psychopaten. Ze doen wel hun best om door hun
mentale instelling aan te passen hun incasseringsvermogen en draagkracht te
vergroten. Ze beschikken over allerlei technieken en meditatie om dat mogelijk
te maken. In pijnklinieken wordt dankbaar gebruikt gemaakt van op het stoïcisme
gebaseerde cognitieve pijnmanagementtechnieken om mensen met chronische pijnen
te leren met hun lijden om te gaan. Uit onderzoek blijkt dat die technieken er daadwerkelijk
voor kunnen zorgen dat de pijn als minder ernstig wordt ervaren. Maar niet
alleen pijn ook andere vormen van lichamelijk en psychisch lijden kunnen
aantoonbaar dragelijker worden gemaakt door de toepassing van op het stoïcisme
gebaseerde technieken.
Alles wat u voelt, voelt u met uw brein. De pijn die u voelt
in uw grote teen voelt u niet met die teen, maar met uw brein. Het zenuwsignaal
opgewekt door het stoten van uw teen komt aan in u brein en wordt daar omgezet
in het gevoel pijn. Hetzelfde geldt voor psychisch lijden. Uw brein is de plek
waar u zich ellendig voelt. Wat u voelt wordt dus eigenlijk bepaald door wat u
van de situatie vindt. Het is het waardeoordeel dat u met uw denken velt dat
uiteindelijk bepaalt hoe u zich voelt. Dat oordeel maakt geen einde aan de pijn
zelf, maar het verandert wel de manier waarop u er mee omgaat. De bron van uw pijn
zit niet tussen uw oren, maar uw houding tegenover die pijn kan uw pijnbeleving
weldegelijk verhevigen of verzachten. Als u uw teen stoot blijft de pijnprikkel
gewoon komen, maar wat u met die pijnprikkel doet is uw eigen keuze. U kunt op
één been hinkend ach en wee roepen, of u kunt besluiten dat de pijn u niet
wezenlijk hindert in uw bestaan als mens. Dit geldt, metaforisch, voor alle
vormen van lijden. Natuurlijk als u pijn in uw teen hebt zult u beperkt worden
in uw lopen. Dat is een objectief feit uit de werkelijkheid. Maar een pijnlijke
teen belemmert u niet in het zijn van een virtuoos mens. Klagen maakt dat u
zich alleen maar slechter gaat voelen, uzelf er van overtuigen dat u de pijn
aankunt maakt u juist sterker.
Dat betekent niet dat u uw pijn en de daarmee gepaard gaande
gedachten moet gaan onderdrukken. Dat werkt niet. De pijn en de sombere
gedachten (ik kan misschien wel nooit meer normaal lopen) laten zich niet
zomaar onderdrukken en zullen zich zonder enige twijfel op een bijzonder
ongelegen moment en ongelegen wijze opnieuw weten te manifesteren. Piekeren over
wat er is gebeurt of over wat de toekomst u misschien aan ellende zal brengen
heeft echter geen zin. Klagen en catastrofale gedachten over verleden of
toekomst maken de pijn alleen maar erger. Verleden en toekomst liggen niet in uw
macht. Het enige waar u invloed op kunt uitoefenen is het hier en nu, de rest
ligt buiten uw sfeer van invloed. Het stoïcisme wil dan ook dat u de aanwezigheid
van uw pijn accepteert en dat u er niet zo heel veel waarde aan hecht. Het is
voor het zijn van een virtuoos mens helemaal niet zo belangrijk of u wel geen
pijnlijke teen hebt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten