Vraagt u zich weleens af wat het doel van uw leven is, waar draait het voor u om. Veel mensen zullen zeggen dat ze vooral een gelukkig leven willen leiden. Ze willen een partner, kinderen, een goede baan en al die luxe die een hoog inkomen met zich meebrengt. Om al dat soort dingen te verkrijgen moeten vaak wel de nodige ontberingen worden geleden. U moet studeren, overwerken en concurreren met uw collega’s om die ene functie te kunnen krijgen. U bent altijd druk en voor u het weet is uw leven volledig besteed aan allerlei bezigheden terwijl het beloofde geluk altijd een stip achter de horizon is gebleven. Waarschijnlijk denkt u ook dat geluk gelijkstaat aan het u prettig voelen. Helaas, u staat opnieuw een teleurstelling te wachten als u denkt dat geluk het direct en continu hebben van plezierige gevoelens is. U kunt een levenslang proberen die gevoelens na te streven, maar zult al gauw tot de ontdekking komen dat die prettige gevoelens van korte duur zijn en steeds moeilijker verkregen kunnen worden. Pas als u een stap terug kunt doen en al uw ervaringen in het perspectief van uw leven kunt zetten, kunt u een idee krijgen over wat nodig is om een bloeiend en vervuld leven te krijgen. De stoïcijnen noemden een dergelijk blijvend levensgeluk ‘eudaimonia’. Voor de stoïcijnen was deze ‘eudaimonia’ het doel van hun leven. ‘Eudaimonia’ is niet een gevoel, het is een manier van zijn. Het is de situatie waarin u uw best mogelijke leven leidt, waarin u de best mogelijke versie van uzelf bent. Om dat mogelijk te maken moet u in overeenstemming met uw deugden leven. U moet leven in overeenstemming met de dingen die voor u het belangrijkst zijn.
Het stoïcisme is een filosofie die al meer dan 2300 jaar standhoudt en had daar heel duidelijke ideeën over. Centraal in deze levensfilosofie staan vier deugden: wijsheid, moed, rechtvaardigheid en matigheid. Ze worden ook wel de vier kardinale deugden genoemd. De hoofddeugden waar alle andere deugden van kunnen worden afgeleid. Deze deugden worden gezien als de fundamenten voor een gelukkig en vervuld leven, ongeacht de uitdagingen die het leven ons toewerpt. De antieke filosofen vonden deze deugden zo bijzonder omdat ze onder alle omstandigheden goed waren. Andere doorgaans als goed aangemerkte karaktereigenschappen zijn alleen onder bepaalde omstandigheden goed. Rijkdom is meestal beter dan armoede, maar als je je rijkdom gebruikt om drugs te kopen of om een huurmoordenaar in te huren verwordt die rijkdom al gauw tot iets slechts. Slimheid is beter dan domheid, maar niet als je je slimheid gebruikt om andere mensen te bedriegen. Een sterk gestel en goede gezondheid wordt een stuk minder prettig als een dictator overweegt u daarom te selecteren als lid van een van zijn doodseskaders. Deze wenselijke maar volgens de stoïcijnen niet echt belangrijke dingen zijn alleen maar goed als je ook weet hoe je er mee om moet gaan. Je hebt wijsheid, rechtvaardigheid, matigheid en moed nodig om in deze ingewikkelde wereld te weten wat je moet doen. In tegenstelling tot de andere doorgaans als goed aangemerkte zaken zijn ze altijd en onder alle omstandigheden goed. De hoofddeugden zijn absoluut en dus altijd goed, terwijl de meeste andere dingen relatief en dus alleen onder bepaalde omstandigheden goed zijn.
Met deze vier kardinale deugden lijken we trouwens echt iets fundamenteels in de menselijke ethiek op het spoor te zijn. Uit modern onderzoek blijkt namelijk dat deze karaktertrekken in alle culturen en samenlevingen als belangrijk worden beschouwd. Ook in religieuze tradities als het christendom, boeddhisme, hindoeïsme, taoïsme en confucianisme komen deze deugden telkens weer naar voren. Zelfs in onze moderne tijd waarin het cultureel relativisme de boventoon voert, blijken de klassieke deugden nog steeds overal ter wereld in ere te worden gehouden. Het feit dat in verschillende historische tijdperken en in verschillende culturele en religieuze tradities een soortgelijk pakket aan deugden tot ontwikkeling is gekomen, wijst erop dat deze voor de mens als een rationeel en sociaal wezen van groot belang zijn. Ik vermoed zelfs dat deze deugden een biologische oorsprong hebben omdat ook bij andere sociale dieren en dan vooral bij mensapen, soortgelijke karaktertrekken een rol lijken te spelen. De Stoa legt de nadruk op het ontwikkelen van deze vier hoofddeugden als de weg naar een goed en gelukkig leven. Laten we ze eens wat van dichterbij bekijken.
Wijsheid (Sophia)
Wijsheid, of 'Sophia' in het Grieks, wordt door de stoïcijnen beschouwd als de belangrijkste deugd. Het is de kennis van wat goed, slecht en neutraal is, en het vermogen om juiste oordelen te vellen. Wijsheid stelt een persoon in staat om rationele beslissingen te nemen en een leven te leiden in overeenstemming met de natuur. De stoïcijnen geloven dat een wijs persoon begrijpt wat echt waardevol is in het leven en wat slechts oppervlakkig is. Dit inzicht helpt om passies en irrationele emoties te beheersen, wat leidt tot innerlijke rust en stabiliteit. Wijsheid is voor de stoïcijnen dan ook de sleutel tot het begrijpen van de wereld om ons heen en onze plaats daarin. Het gaat om het ontwikkelen van een goed oordeel en het vermogen om kritisch na te denken over wat werkelijk belangrijk is. De wijze Stoïcijn streeft ernaar kennis te vergaren over onderwerpen als de natuur, ethiek en logica om zo rationele beslissingen te kunnen nemen in overeenstemming met de natuur.
Moed (Andreia)
Moed, of 'Andreia', is het vermogen om standvastig en vastberaden te blijven in het aangezicht van moeilijkheden, gevaren of angst. Voor de stoïcijnen betekent moed niet alleen fysieke dapperheid, maar ook doorzettingsvermogen en morele moed: de kracht om het juiste te doen, zelfs als dat moeilijk is of persoonlijke opofferingen vereist. Moed is essentieel om de andere deugden te handhaven en te praktiseren, omdat het helpt om trouw te blijven aan uw principes en overtuigingen, ongeacht externe omstandigheden. Moed is voor de stoïcijnen daarom niet de afwezigheid van angst, maar de kracht om te handelen ondanks angst. Voor stoïcijnen betekent moed dat we vasthouden aan onze principes, zelfs in moeilijke situaties. We durven op te komen voor wat we geloven, onze angsten te confronteren en tegenslag te doorstaan met standvastigheid.
Rechtvaardigheid (Dikaiosyne)
Rechtvaardigheid, of 'Dikaiosyne', verwijst naar het respecteren van de rechten van anderen en het streven naar eerlijkheid en gelijkheid in alle interacties. Voor de stoïcijnen is rechtvaardigheid een sociale deugd die ons aanspoort om ons te gedragen op een manier die bevorderlijk is voor het welzijn van de gemeenschap. Het betekent eerlijkheid, integriteit, vriendelijkheid en respect voor de wet. Een rechtvaardig persoon streeft ernaar om anderen mild en eerlijk te behandelen en bij te dragen aan een rechtvaardige samenleving. Rechtvaardigheid is daarom het handelen in overeenstemming met wat eerlijk en juist is. Het gaat om het respecteren van de rechten en waardigheid van anderen, eerlijk en onpartijdig zijn in onze beoordelingen en onze plichten jegens de samenleving vervullen. Rechtvaardigheid is de basis voor een harmonieuze samenleving waarin iedereen vriendelijk en met respect wordt behandeld.
Matigheid (Sophrosyne)
Matigheid, of 'Sophrosyne', is de deugd van zelfbeheersing en gematigdheid. Het gaat om het beheersen van verlangens en emoties om een gebalanceerd en harmonieus leven te leiden. Voor de stoïcijnen is matigheid cruciaal omdat het helpt om excessen te vermijden en een leven te leiden dat in overeenstemming is met de natuur en de rede. Het stelt een persoon in staat om rationeel te handelen, zonder overmatige gehechtheid aan materiële zaken of genotzuchtige impulsen. Het gaat om het vinden van een balans in onze verlangens en behoeften, en om het niet toegeven aan impulsen of destructief gedrag. De Stoïcijn oefent matigheid in alle aspecten van het leven, van eten en drinken tot het omgaan met roem en rijkdom.
De stoïcijnse deugden van wijsheid, moed, rechtvaardigheid en matigheid vormen samen een fundamenteel kader voor ethisch gedrag en persoonlijke ontwikkeling. Deze vier deugden zijn niet op zichzelf staande waarden, maar nauw met elkaar verbonden. Wijsheid leidt ons tot rechtvaardig handelen, moed geeft ons de kracht om onze principes te verdedigen, en matigheid helpt ons om onze verlangens in toom te houden. Door deze deugden te ontwikkelen, creëren we een stevig fundament voor een leven van geestelijke vrijheid, innerlijke rust, geluk en harmonieuze relaties met anderen, ongeacht de grillen van het lot. Deze tijdloze principes bieden nog steeds waardevolle inzichten voor het moderne leven, waarin ze een tegenwicht vormen voor de hectiek en oppervlakkigheid van de hedendaagse samenleving. Ze bieden ons een praktische gids om te navigeren door de complexiteit van het leven en om een positieve impact te hebben op onszelf en de wereld om ons heen. Door wijsheid, moed, rechtvaardigheid en matigheid te cultiveren, kunnen we een leven leiden dat zinvol, ethisch en vervullend is.