Laten we eens kijken waar het in het stoïcisme nu precies om draait. Wat zijn de belangrijkste leerstellingen die deze levensfilosofie zo bijzonder maken? Om daar achter te komen is de stoïcijnse emotieleer een goed startpunt. Een geslaagd en vooral gelukkig leven draait voor een belangrijk deel om de manier waarop u met emoties omgaat. Stoïcijnen maken daarbij een onderscheid tussen goede en slechte emoties, maar beweren tegelijkertijd dat er geen slechte emoties bestaan. U zult wel denken: ‘dat slaat absoluut nergens op’, maar u zult er achter komen dat de stoïcijnse emotieleer bij nadere beschouwing zo gek nog niet is.
In het dagelijks spraakgebruik betekent stoïcijns zoiets als onbewogen en ongevoelig. U zou daaruit de indruk kunnen krijgen dat stoïcijnen emoties als iets slechts beschouwen. Is dat werkelijk zo? Zijn stoïcijnen echt van die kille gevoelloze types? Emoties worden tenslotte vaak gezien als iets menselijks. Ieder mens wordt wel eens boos, blij of verliefd. Emoties geven kleur aan het leven en maken het leven de moeite waard. Een leven zonder liefde, blijdschap of lust zou een mens tot een soort biologische robot maken. Tegenwoordig worden we opgeroepen om onze emoties niet weg te stoppen. We moeten luisteren naar ons lichaam en onze gevoelens, dat zou goed voor ons zijn en ons leven beter en voller maken. Een leven zonder gevoelens zoals de Stoa lijkt aan te prijzen moet dan haast wel saai en kleurloos zijn. Emoties zoals wij die kennen zijn echter niet hetzelfde als de emoties waar de Stoa het over heeft. De Stoa heeft een heel eigen emotieleer die behoorlijk afwijkt van de hedendaagse voorstelling van menselijke gevoelens.
Stoïcijnen maken onderscheid tussen rationele emoties, de zogenaamde ‘eupatheia, en irrationele emoties de ‘patheia’. De stoïcijnen streefden ernaar om patheia te elimineren en eupatheia te cultiveren, om zo een toestand van innerlijke rust en harmonie te bereiken. Een emotie is bij de stoïcijnen een bepaald soort streving of impuls die van het zogenaamde ‘hegemonikon’ afkomstig is. Het ‘hegemonikon’ is te vergelijken met wat wij het bewustzijn noemen. Hier vindt ons denken plaats, dit is de plek waar onze rede zetelt. Het ‘hegemonikon’ is vergelijkbaar met ons idee van het zelfbewustzijn. Vanuit het ‘hegemonikon’ komen alle impulsen tot handelen en denken. Volgens de stoïcijnen is het dit ‘hegemonikon’ dat moet instemmen met de door de zintuigen en het primitievere deel van onze hersenen, soms wel het reptielenbrein genoemd, aan hem voorgelegde pre-emoties. Een pre-emotie ontstaat nadat een indruk uit de buitenwereld of een herinnering in het primitieve reptielenbrein komt. Het reptielenbrein plakt hier automatisch en onmiddellijk een eerste pre-emotie op. Het labelt iets als goed of slecht. Die pre-emotie blijft in eerste instantie onbewust. Vervolgens dringt de indruk door tot ons zelfbewustzijn, ons mensenbrein of zoals de stoïcijnen het noemen ons ‘hegemonikon’. Dit ‘hegemonikon’ geeft vervolgens een waardeoordeel over de indruk en het stemt al dan niet in met de daaraan verbonden pre-emotie, waarna onze pre-emotie een echte volwaardige emotie wordt. Ook die instemming lijkt vaak onbewust plaats te vinden, maar het is weldegelijk een beslissing van dat ‘hegemonikon’. Een beslissing waar u met wat moeite en oefening invloed op kunt uitoefenen.
Omdat emoties waardeoordelen zijn die een groot belang hechten aan dingen buiten uzelf die u niet volledig zelf in de hand hebt, kunnen emoties u kwetsbaar maken. Dat is niet altijd erg want emoties spelen ook voor stoïcijnen een belangrijke rol in een goed en prettig leven, maar sommige emoties dragen daar nu eenmaal niet aan bij. Integendeel zelfs, heel wat van die emoties maken juist dat u zich ellendig en onplezierig voelt. Toch willen de stoïcijnen zelfs de onprettige emoties niet helemaal uitroeien. Ze denken namelijk dat dat helemaal niet kan. Wat ze wel willen is ervoor zorgen dat u niet onnodig last hebt van onplezierige gevoelens. Het is tenslotte helemaal niet leuk om u angstig, gestrest, verdrietig of kwaad te voelen.
De onnodig vervelende emoties worden ‘patheia’ genoemd. 'Patheia' zijn zo de irrationele en akelige emoties die vermeden moeten worden. "Patheia" (πάθη) verwijst naar het woord passie in de betekenis van heftige emoties. Deze passies worden door de stoïcijnen als irrationeel en destructief beschouwd. Passies zijn ongecontroleerd en leiden tot verstoringen in de geest en het leven van een persoon. De stoïcijnen beschouwden patheia als het resultaat van foutieve oordelen en verkeerde opvattingen over wat goed en slecht is. Deze emoties worden gezien als een teken van een gebrek aan wijsheid en virtuositeit, omdat ze gebaseerd zijn op verkeerde overtuigingen en gehechtheid aan zaken buiten onze controle.
Het woord "eupatheia" (εὐπάθεια) daarentegen verwijst naar de "goede" emoties die voortkomen uit virtuoze en rationele oordelen. Deze emoties zijn in harmonie met de rede en de natuur, en worden beschouwd als gezonde en evenwichtige reacties op de wereld. Een ‘eupatheia’ is het resultaat van een juiste kijk op het leven en een correcte waardering van wat werkelijk goed en slecht is. Deze emoties worden als positief gezien omdat ze voortkomen uit virtuositeit en een juiste houding ten opzichte van het leven en de natuur weerspiegelen.
Dat klinkt overzichtelijk, niet waar? De passies (patheia) zijn de vervelende emoties en de ‘eupatheia’ zijn de prettige emoties. Het spijt me waarde lezer. Het ligt toch net ietsje ingewikkelder. De ‘eupatheia’ zijn niet per se de prettige emoties, het zijn de goede en kloppende responsen op een gebeurtenis. Deze zijn niet excessief en irrationeel, maar het zijn juiste rationele oordelen die in de gegeven situatie passend zijn. De ‘patheia’ zijn niet de vervelende of negatieve emoties, het zijn de verkeerde, niet kloppende responsen op een gebeurtenis. Valt het u op dat dit betekent dat er voor een stoïcijn geen slechte emoties bestaan? Alleen slechte oordelen. Eén en dezelfde emotie kan onder wisselende omstandigheden zowel een negatieve passie als een positieve ‘eupatheia’ zijn. Neem bijvoorbeeld de emotie angst: het is niet rationeel om bang te zijn voor het donker en een boeman onder uw bed, deze angst is dus een passie. Maar het zou dom en behoorlijk irrationeel zijn om niet bang te zijn voor een tijger die op u af komt stormen. Dezelfde emotie is hier dus een ‘eupatheia’, een goede passende emotie. Onprettige emoties zijn dus niet altijd fout, alleen irrationele en dus onnodige vervelende emoties moeten vermeden worden. Er zijn nu eenmaal situaties waarin het heel redelijk is om je klote te voelen. Het stoïcisme wil alleen vermijden dat u zich onnodig rot voelt en kent gelukkig een heleboel technieken die u daarbij kunnen helpen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten