dinsdag 25 juni 2013

De stoïcijnen en de Logos


 
‘Alles beweegt, maar in deze veranderlijkheid is er een vast punt. Alles staat naast elkaar, is vaak tegengesteld ,maar het wordt in balans gehouden door een machtig verstand’.

Zo ervoer Heraclitus (544-484 v. Chr.) het universum. Hij gebruikte het Griekse woord Logos om dit verstand, de menselijke kennis en inherente orde van het universum te kenschetsen, een wetmatigheid die in het gehele universum aanwezig is.
Letterlijk betekent Logos: Woord, Rede en Evenwicht. In de eerste betekenis zal het later vooral door gnostici en door joodse en christelijke mystici worden gebruikt. Zo begint bijvoorbeeld het Johannesevangelie met ‘In de beginne was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God’. Drie keer achter elkaar het woord Logos.

In de twee laatste betekenissen werd het begrip gebruikt en verder uitgewerkt door Zeno (334-263 v. Chr.) en door de door hem gestichte stoïcijnse school. De Stoïcijnen verstonden onder Logos de levenskracht van het universum. De Logos vormt de oorsprong van het universum, een soort oerfenomeen, waar alle werkingskracht uit voortkomt. Logos symboliseert hiermee bijvoorbeeld het principe van oorzakelijkheid. Het is een principe dat van binnenuit werkt, het staat niet tegenover de materie; maar is er transcendent aan.
De grondgedachte van de Logos is steeds dezelfde gebleven. Het hele universum is gebaseerd op een redelijkheid, die alles schept en in alles de harmonie bewerkt.

In ieder mens zetelt een vonk van deze Logos. Als hij deze vonk erkent, is hij opgenomen in de kosmische harmonie, en bereikt hij dat doel van zijn leven, dat niet in een hiernamaals, maar in dit leven ligt: het geluk. De weg naar dit diepste binnen wordt bepaald door een systeem van deugden en ondeugden. Maar het wezenlijke van de weg is de gemoedsrust, het onbewogen aanvaarden van het noodlot.
Het lijkt alsof met de term Logos een universeel beginsel kan worden aangeduid dat in de loop der tijd in meerdere culturen post heeft gevat. Oosterse filosofieën hebben uiteraard niet het Grieks als hun oorspronkelijke taal, en gebruiken derhalve ook het woord Logos niet, maar ze kennen wel concepten die vergelijkbaar zijn, zoals Tao, Aum en Dharma. Misschien zit er wel iets van waarheid in het stoïcijnse idee van de Logos.